Tumgik
#contemplatief
de-pionier · 1 year
Text
Tumblr media
'Aan de rand van stilte' is een indrukwekkend non-fictie boek dat lezers meeneemt op een ontdekkingsreis naar de kracht van stilte. De auteur, een ervaren meditatieleraar, beschrijft op meeslepende wijze zijn eigen zoektocht naar innerlijke rust en stilte en de inzichten die hij heeft opgedaan tijdens zijn meditatiepraktijk.
Het boek biedt een diepgaand inzicht in de voordelen van stilte voor onze fysieke en mentale gezondheid en legt uit hoe stilte ons kan helpen om ons te concentreren, ons creatieve potentieel te vergroten en onze relaties te verdiepen. De auteur benadrukt dat stilte niet alleen een afwezigheid van geluid is, maar eerder een staat van bewustzijn die ons kan helpen om ons meer verbonden te voelen met onszelf en de wereld om ons heen.
'Aan de rand van stilte' biedt ook praktische tips en oefeningen voor het cultiveren van stilte in ons dagelijks leven, zoals meditatie, mindfulness en stille wandelingen in de natuur. Het boek is een waardevolle gids voor iedereen die op zoek is naar meer innerlijke rust en stilte in een wereld die steeds luidruchtiger lijkt te worden.
De schrijfstijl van de auteur is helder en toegankelijk, maar tegelijkertijd poëtisch en contemplatief. Het boek nodigt de lezer uit om te reflecteren op zijn eigen relatie met stilte en biedt nieuwe perspectieven op wat stilte kan betekenen in ons leven. Kortom, 'Aan de rand van stilte' is een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is in de kracht van stilte en de rol die het kan spelen in ons dagelijks leven.
0 notes
jurjenkvanderhoek · 1 month
Text
IN STILTE VAN DE DIALOOG HOOR IK MEZELF ADEMEN
Tumblr media
In de door zonnestralen aangelichte stilte van Kunstlokaal No.8 is het sereen rumoerig. De werken in die ruimte zijn zwijgzaam onderling in gesprek. Roezemoezig staan ze elkaar in beeld te woord. Als bezoeker aan de tentoonstelling voel ik mij een indringer. Echter probeer ik niet al teveel onrust te brengen. Ben ik angstvallig afzijdig. Loop op kousenvoeten zodat mijn schoenzolen niet piepen op de krakende houten vloer. Het storende geluid zal de werken opschrikken uit hun samenspraak en mij geen toegang tot hun duiding geven. Daarom ben ik contemplatief aanwezig, zoek de rust als van een kloosterling in mezelf om de kunst te kunnen beleven. Meditatief beschouw ik wat het kunstlokaal mij doet zien. Kijk ik in gedachten verzonken om het gesprek te volgen tussen de werken onderling. Dan richt het werk zich als vanzelf tot mij, word ik één met de tentoonstelling. Dan hoor ik zoals ik nog nooit gezien heb.
Ditmaal converseren de foto´s van Hans Sas met de tekeningen van Bowe Roodbergen. Bevraagt de stilte het vergezicht. Beantwoordt een tijdloos weidse horizont een zinnig diep-kijken. Hans Sas beziet met zijn cameralens objectief de natuurlijke ruimte. In de grootsheid vangt hij net het detail dat ongezien is maar hem de aandacht trekt. Met een scherp oog voor het creatieve element in de verder gewoon zakelijke omgeving. De creatie wordt recreatief ingevuld. In wat we dagelijks om ons heen zien merkt Sas de spannende ondertoon. Wij kijken wel maar zien niet, wij horen wel maar luisteren niet. De fotograaf ziet voor ons waar wij allang overheen en -langs kijken. Afgevallen blad op bewortelde grond. Bekalkt krathout. Naambordjes in bloembed zichtbaar door het glas van een antieke tuinkas. Je merkt het niet op, maar wordt er door Sas bij bepaald. Hij trekt mij in de sfeer van het landschap. Hij laat mijn blik bewegen over zijn uitzicht. In stille gewaarwording roept de bevroren stemming spanning op. De meerpaal lijkt de einder te stutten, laat zich spiegelen in het water en vormt met een dijkje een rustig perspectief.
Tumblr media
Het werk van Hans Sas rijmt met dat van Bowe Roodbergen. Het vormt geen kwatrijn of sonnet, heeft geen refrein of rondeel. Maar is een vrij vers waarin de beeldspraak het ritme bepaald. De gestileerde ollekebollekes en haikus zijn in balans. Er is halfrijm, volrijm en eindrijm. En, dat is het meest interessant, er is binnenrijm. In de versregels van de fotografie bijvoorbeeld rijmen twee gelieerde prenten. Dat uit zich vooral in de beelden van het landschap. Groene basaltblokken van een pier weerklinken in de groene greppel tussen geploegde aarde. Verrotte dubbele rij palen waaieren naar de einder zoals een stroompje meanderend een weg zoekt in het waddenslik. Het rijm schept rust, de stilte is niet ver weg. De werken zingen samen een woordloos lied, declameren zwijgzaam een regelloze volzin.
In zijn werk maakt Bowe Roodbergen de stilte voelbaar zoals Hans Sas het zichtbaar maakt. Vooral in de tekeningen van Roodbergen is de poëzie nooit ver weg. Ritmisch bewegen vlakken zich over de ruimte op papier. De vijftig tinten grijs worden onderbroken door zwarte lijnen of een lichte kleurtoets, welke de compositie spannend maken. Het breekt schreeuwend de fluisterende sfeer van het potlood open. Het stileert de werkelijkheid in abstracte vormgeving. De realiteit laat zich vertalen door een aandachtig opmeten van vormen, uitmeten van vlakken. Het landschap is verkaveld, de omgeving is opgedeeld in segmenten aarde. De wereld gerubriceerd. In ´BR 24-5´ geeft een rasterende ruitvorm een nieuwe kijk op een plantaardige vorm en rijmt op de gouden en zilveren ´Vierkantjes Ag´, die zich spiegelt in het papieren object ´BR 21.12´. Ook hier heeft de dichter, samensteller van de expositie, gezorgd voor een beroerende binnenrijm.
Tumblr media
En natuurlijk grijpen de foto´s de aandacht, waar de tekeningen een dieper inlevingsvermogen eisen. Wanneer beide kunstenaars zich spiegelen aan een voorganger wordt de poëtische inslag meer dan voelbaar. Het landschap van Willem van Althuis vertaalt zich in enkele composities van Roodbergen, terwijl Sas de visafslag van Laaxum ter hand heeft genomen. Nevel omhult het met een filter opgenomen gebouwtje. Het vervallen pand is meermalen door Van Althuis geportretteerd, gerenoveerd door olieverf in een serie stillevens. Daarop sloeg Hans Sas aan en heeft een rij foto´s bewerkt waarop de afslag letterlijk beeldend in de vergetelheid schijnt weg te zakken. Bowe Roodbergen raakte onder de indruk van het consequent reduceren van de werkelijkheid. Van Althuis liet op meerdere van zijn werken alles verdwijnen in een waas, alleen de essentie van de atmosfeer bleef over. De wereld is klein op zijn schilderijen, zoals deze beperkt is in mist met 50 meter zicht. Maar ondertussen mysterieus groot, omdat je niet weet wat er achter dat begrensde zicht zich afspeelt. Roodbergen legt over de zwarte nevel op de einder een witte lijn, daarmee tekent hij een horizon waardoor de omgeving handzaam blijft, tastbaar en begrijpelijk.
Stilte, ademen. Expositie werken van Bowe Roodbergen en Hans Sas bij Kunstlokaal No.8, Schoterlandseweg 55 in Jubbega-Schurega. 6 tot en met 28 april 2024.
1 note · View note
elkedageenwoord · 7 years
Photo
Tumblr media
con·tem·pla·tief
1. nadenkend, mediterend 2. beschouwend, bespiegelend
4 notes · View notes
Text
verwantschap, 20-01-2020
Wat ik voor nu kan concluderen is dat ik fascinatie ervaar naar het begrip van geboorte, ontstaan, puur, contemplatie, natuur en verantwoording. Mijn opleiding tot kunstenaar en educator vergt dat ik in staat moet zijn om representatief voor een klas te staan. Ik zie educatie als een soort opvoeden. Niet zo zeer dat een educator hoog over zichzelf moet denken als een hiërarchische opvoeder die alwetend is. Wel is het een vereiste om (naar mijn opinie) om de beste versie van jezelf te ontwikkelen, zowel binnen het lesgeven als als kunstenaar. Een kunstenaar draagt verantwoording binnen wat je de wereld in brengt. Tuurlijk kun je als kunstenaar dingen ontwikkelen die alleen bestemd zijn voor zelfbeschouwing, zonder dat de wereld van het beeldend werk afweet. Als mens ben ik aangetrokken (en voel ik dus verwantschap) tot hoe wij de wereld als mensen verbinden aan taal. Naar mijn opinie is taal beperkend, tenzij je beschikt over de grootste woordenschat. Ik vind het altijd complex om mij verbaal uit te drukken, omdat ik het idee heb dat woorden sommige kwesties tekort doen. Hoewel het geen sterk punt van mij is om mezelf met woorden te verklaren, vind ik het een uitdagend gegeven om dit toch enigszins te ontwikkelen en te verbeteren. Ik doe dit voornamelijk door onderzoek te doen middels filosofische bronnen. Ik denk altijd graag dat ik mezelf beter ontwikkel als ik meer leer van diverse wereldfilosofieën. Andere landen beschikken over woorden die een bepaald gegeven omschrijven, die wij bijvoorbeeld niet kennen. Soms ben ik jaloers op hoe naar mijn idee word gecommuniceerd, gedacht en gevoeld woord over kwesties in andere culturen. De benadering die wij hebben naar allerlei ‘dingen’ als westerse mensen vind ik vaak materialistisch en beperkend. Dit omdat wij vaak niet verder willen kijken en verdiepen dan wat we kennen. We nemen alles wat we kennen en tot dusver hebben ervaren vaak aan als waarheid. Dit heeft als gevolg dat dit een  groot deel van ons leven definieert. Ik voel altijd een zeker angst om dit leven, wat mij geschonken is, te kort te doen. Ik wil veel verkennen, zodat ik mijn beeldend werk, wat een soort uiting is van bepaalde droombeelden die ik zelf ervaar als transcedent, esthetisch contemplatief en subliem, op juiste wijze kan verwoorden en ontwikkelen. Ik kan zoveel leren van anderen door mezelf in te leven in gedachtes die zo ver af staan van mijn leven in het hier en nu en toch zo dichtbij.
Als ik denk aan verwantschap denk ik aan mijzelf. Je leeft nu en ik vraag me altijd af of mijn gedachtes mij definiëren. Ben ik mijn gedachtes? Zo ja dan draag ik een verantwoordelijkheid naar de wereld en allerlei andere zaken, waarvan ik niet zeker ben wat die inhouden. Ik denk dat we als mensen verantwoordelijk zijn voor het alomvattende geheel. Hoewel ik niet denk dat je als mens een groot probleem kan oplossen, denk ik dat je wel de verantwoordelijkheid draagt om jezelf te verbreden met kennis, aangezien we leven in een tijd waarin alle kennis beschikbaar is. Dit alles lijkt soms overweldigend naar mijn ervaring en levert passief gedrag op. Alle bestaande kennis kan angst ontwikkelen, omdat ik denk dat we als mens graag zeker zijn van de dingen in ons leven. Ik betrap mezelf er vaak op dat ik niet uit mijn comfortzone durf te stappen, ondanks dat ik mezelf altijd forceer dit aan te durven. Als ik niks durf te ondernemen, is er ook  geen ontwikkeling, ofwel progressie. Zowel in kennis als ervaring.
Verwantschap is het verhouden tot anderen. Hoe doet een mens dat, is het niet veel complexer dan het lijkt? We hebben er immers niet  voor gekozen om op een bepaald moment op de wereld te komen. Het moment dat we geboren werden heeft een groot deel gedefinieerd voor wie in ons leven treedt, wat we meemaken en hoe we ons ontwikkelen. Desondanks denk ik dat we als mens wel invloed kunnen uitoefenen aan alles wat we in ons opnemen en wat we doen met de ervaringen die tot stand komen in dit leven.
Ik voel dus ook verwantschap met mijn geboorte. Dat was het moment dat ik open de wereld in kwam, zonder oordeel over wat bestaat. Zolang je niet beschikt over taal, is er geen mogelijkheid om kaders aan te brengen binnen gedachten. Geen generalisatie of het plaatsen in hokjes. Ik verlang als het ware naar een soort evolutie van de mens, waarbij de mens weer in staat is open te ontvangen, zonder negatief oordeel, maar toch in staat om analyseren over welke informatie je als mens verwerkt en daarover op ethisch verantwoorde wijze zich hierin te kunnen inleven. Ik ben als mens ook vaak bezig met het aspect wat ons ethisch verantwoord is, wat leidt tot het goede en kunnen we als mens een universeel moraal ontwikkelen die een positieve uitkomst heeft voor ieder?
Ook voel ik verwantschap tegenover tijd. Aan tijd koppel ik geboorte, maar zo ook de dood. De dood is een gegeven waar vele ‘antwoorden’ op te vinden zijn. Alleen zal niemand de werkelijke waarheid ondervinden en delen met ons. Dit laat ons onwetend over de toekomst en het hiernamaals. Dit heeft voor ons als mens het gevolg dat we graag controle willen kunnen uitvoeren over deze onbekendheid. We houden ons om deze redenen soms bezig met het geloof, spiritualiteit en andere zaken die het hiernamaals kunnen definiëren. Ikzelf voel een sterke aantrekkingskracht tot de natuur, beschouwende op een wijze van het oerbeginsel, waarbij de mens niet in staat is en was om invloed hierover uit te oefenen. Ik zie deze natuur als iets sacraals en overstijgend, met allerlei soorten onbekende taferelen die ondergeschikt is aan onze verbale en taalgebonden capaciteiten. Voor mij moet kunst een uitdrukking zijn van die sublieme ervaring. Ik voel verwantschap tot alle mogelijke informatie, inspiratie en ervaring die mij stappen dichterbij het sacrale brengt van de natuur.
1 note · View note
blog-opinionatedaf · 5 years
Text
Muidhond: zielenpijn van een pedofiel.
Tumblr media
Zonder er veel doekjes rond te winden: de nieuwe Patrice Toye (Little Black Spiders, Rosie) is een hedendaagse en visueel poëtische take op Lolita. Jonathan (Tijmen Govaerts) is net vrijgesproken en mag terug naar huis. Wat hij op zijn kerfstok heeft en of hij al dan niet veel tijd in de cel heeft doorgebracht blijft nog even een mysterie. We leren hem kennen als een stille jongen met een doordringende blik. Zijn innerlijke wereld wordt veruiterlijkt door een voice over. Deze is vrij overbodig, want Govaerts is qua expressie sterk genoeg om zijn gedachten en gevoelens puur fysiek en emotioneel weer te geven.  Het wordt al snel duidelijk dat Jonathan zijn leven wil beteren. Iedereen in zijn omgeving, zijn moeder en zijn baas, gunt hem ook een tweede kans. Tot hij zijn negen jarige nieuwe buurmeisje, Elke, ontmoet. Jonathan stoot haar af, maar hoe vaker de twee elkaar tegenkomen, hoe meer ze een connectie krijgen. Tot op het punt dat Jonthan zijn affectie voor Elke niet meer in bedwang kan houden. 
Dat een verhaal als dat van Jonathan verteld moet worden, is ontegensprekelijk. Het taboe rond pedofilie is groot en vraagt om meer gesprekken, discussies, vraagstukken. Er is een plaats en een moment voor elk verhaal en ik ben het eens met Toye dat het moment voor deze discussie nu is, maar ik ben het niet eens met de manier waarop ze Jonathans verhaal brengt. De hele film door vraagt ze om empathie. We moeten collectief inzien dat Jonathan geen slecht mens is, en dat zijn aantrekking tot Elke in theorie niet fout is. Het is zijn geaardheid en hij kan er niets aan doen. Tot daar volg ik. Maar Toye maakt van Jonathan een leeg karakter. Hij heeft geen vrienden, geen hobby's, nauwelijks contact met andere mensen. Het lijkt alsof zijn identiteit enkel en alleen bestaat uit zijn geaardheid. Het maakt het moeilijker om zijn aantrekking tot Elke te zien als iets wat niet voortkomt uit een soort perversie. 
(mini spoiler ahead, mes excuses)
En het beetje sympathie dat we toch hebben voor Jonathan verdwijnt als sneeuw voor de zon wanneer hij toegeeft aan zijn hunkering. Door de kleine aanraking die hij zichzelf toelaat gaat hij een grens over, en zo ook de film. Waar de film tot nu toe een punt probeerde te maken over pedofilie, gaat het nu om aanranding, en dat is op geen enkele manier goed te praten. Door te willen shockeren verliest Toye haar standpunt uit het oog. En shockeren doet ze. De scène lokt een zeer negatieve lichamelijke reactie uit en ik kan enkel denken aan kleine Elke. Spijtig, de scène had zoveel sterker kunnen zijn zonder de aanraking. Ook met het beeld van kleine Vera in haar blauwe kleedje gaat Patrice Toye compleet de mist in. Vera is het vorige “slachtoffer” van Jonathan, dat regelmatig opduikt in zijn gedachten. Een klein meisje in een blauw kleedje, het hoogtepunt van onschuldigheid. Het is verschrikkelijk cliché en past totaal niet in de anders gedestilleerde, stille poëzie van de film. Een doorn in het oog.
Tijmen Govaerts is een zeer sterke en fysieke acteur en dat maakt veel goed. Zijn beklijvende vertolking wordt echter constant ondermijnt door de extreem stroeve dialogen. Momenten die mooi en ontroerend zouden kunnen zijn worden gênant door slecht geschreven lijnen tekst die de acteurs zo geloofwaardig mogelijk proberen te brengen. De film toont goed dat Toye op visueel vlak zeer sterk is. Haar beelden, zeker in combinatie met de sterke soundtrack van John Parish zijn contemplatief en schoon. Ze weet met kleuren en blikken en stilte heel veel te zeggen en ook Govaerts is op zijn sterkst wanneer hij mag baden in stilte. Misschien was de film zelfs wel beter geweest zonder enige dialoog. Enkel beeld en geluid. Want op die stille, broeiende momenten is de film wel beklijvend. Kiekevel tegen wil en dank. 
3 notes · View notes
elgerben · 3 years
Text
“Vita contemplativa”
Tumblr media
Haalbare doelen stellen, zo ziet 2021 er voor mij uit. Aan een nieuwe vechtsport beginnen, lekker wilgen knotten op de zaterdag, projecten zingen met het Drechtsteden Bachkoor: het zit er allemaal tot nader order niet in. Daarom heb ik besloten mij komend jaar te richten op de verdieping van mijn eigen vak. Gelukkig mocht ik in december de door ‘mijn’ opleidingen gebruikte onderzoeksliteratuur aanschaffen, zodat ik eindelijk eens een goed begin kan maken met inhoudelijke verdieping. Als ik van deze boeken op de hoogte ben, kan ik vooral het afstudeerproces van Social Work en de Master Pedagogiek beter ondersteunen.
Op persoonlijk vlak wil ik een aantal lijvige boeken lezen, die helpen de hectische drukte van de HR werkbaar te houden. Wat dat betreft heb ik geluk, want het lijkt wel of er sinds de eerste lockdown meer ‘dikke’ boeken verschijnen. ‘Jahrestage’ van Uwe Johnson is een voorbeeld van de nieuw verschenen lockdownliteratuur, met zijn 1600 pagina’s dundruk in een linnen band: een aanrader! Met een aantal collega’s van de dienst Onderwijs en Ontwikkeling ben ik daarnaast een leesclub begonnen, zodat wij ook elkaar kunnen helpen ontspannen met behulp van literatuur.
Met deze plannen wordt 2021 een jaar van introspectie, van uitgebreide studie. Mijn kleine huis wordt een kloostercel, van waaruit ik een contemplatief leven leidt volgens het onderscheid tussen actief en contemplatief leven dat de Duits-Amerikaanse filosofe Hannah Arendt (1906-1975) zo mooi heeft uitgewerkt in ‘the Human Condition.’
Er is veel discipline nodig voor zelfstudie, zoals onze studenten veel discipline nodig hebben om hun online onderwijs te volgen. Maar haalbare doelen stellen helpt mij om vol te houden, zodat de tijd die overblijft nuttig en leuk is, op een heel nieuwe manier. Wie weet leidt dat tot nieuwe inspiratie en verrassende inzichten. Ik wens mijn trouwe lezers, collega’s en studenten, een weergaloos 2021!
0 notes
Text
Talenten
Artistiek
Zorgzaam
Contemplatief
Handig
Idealistisch
1 note · View note
Text
CASE STUDIE: PINA, DOOR PINA BAUSCH EN VERFILMD DOOR WIM WENDERS
Wie zijn Pina Bausch en Wim Wenders en hoe is de film Pina tot stand gekomen? 
 Pina Bausch werd geboren in 1940 in Solingen en stierf in 2009 in Wuppertal. Kort nadat de directeur van de theaters van Wuppertal, Arno Wüstenhöfer, haar als choreograaf had aangenomen, hernoemde ze het ensemble het Tanztheater Wuppertal. Onder deze naam, kreeg het ensemble geleidelijk internationale erkenning. De combinatie van poëtische en alledaagse elementen heeft de internationale ontwikkeling van de dans doorslaggevend beïnvloed. Bekroond met een aantal van de grootste prijzen en onderscheidingen wereldwijd, is Pina Bausch een van de belangrijkste choreografen van onze tijd.
De Duitse regisseur van Wim Wenders kende Bausch al 20 jaar en het idee om samen een film over haar werk te maken, was bijna net zo lang op de kaart geweest. Maar, zei Wenders: "I never knew, with all my knowledge of the craft of film-making, how to do justice to her work. It was only when 3D was added to the language of film that I could enter dance's realm and language.” Wenders koos om de film in 3D te maken, uit zijn illusie van diepte, zo werd de vlakheid van film opengebroken en kwam de diepte van de dans en sculpturale kwaliteit naar voren. Wenders en Bausch ontwikkelden een idee voor de film, waarin ze vier van haar beroemdste werken, waaronder de klassieke stukken uit de jaren zeventig, centreren Le Sacre du Printemps, Kontakthof en Café Müller verwerkte. (Charlotte Higgins,2011)

 Omdat Bausch stierf voordat de film af was, is het uiteindelijk aan haar opgedragen en zijn er interviews in verwerkt die iets zeggen over de werkwijze van Bausch of een eerbetoon aan haar zijn. De film neemt een interessante benadering van het onderwerp interviews. In plaats van gebruikelijke sprekende hoofden, wordt elke danser die Bausch herinnert getoond op de camera, terwijl hij stilletjes in de camera kijkt, of contemplatief wegkijkt, terwijl hun voice-over (in de verschillende talen die door de leden van het dansgezelschap worden gesproken) herinneringen vertelt van de krachtige intensiteit en getalenteerde visie van de choreograaf. Door deze manier, kunnen stille emoties over elk van hun gezichten flitsen, bijna alsof ze zelf naar hun eigen herinneringen luisteren. De film raakt nauwelijks het feit van de dood van Bausch, ondanks dat dit de onuitgesproken premisse van de hele documentaire is. Maar deze weglating geeft een gevoel dat de focus moet liggen op haar leven en niet op haar dood, een viering van het leven en liefde - en zelfs pijn, maar niet de dood. In de wereld van Pina Bausch is dans het leven, en zoals ze zelf zegt in een voice-over tegen het einde van de film: “Dance, dance, otherwise we are lost.” Bronnen: Artikel: 
Olivia Aylmer (2016), The Aesthetic Language of Choreographer Pina Bausch, anothermag Judith Mackrell(2008), Chaos Theory, The Guardian 
Jeanine Celeste Pang(2011),Five Minutes With Pina Director Wim Wenders, WmagazineCharlotte Higgins (2011), Wim Wenders taps into 3D for documentary on Pina Bausch,The Guardian Vera Stegmann (2008), Brechtian Traces in Pina Bausch's Choreographic and Cinematic Work, USA Sila(2012),  DANCE…DANCE…”: A REVIEW OF WIM WENDERS’ DOCUMENTARY TRIBUTE ‘PINA’, Photomusicography Case Study:
 Pina (2011), Wim Wenders, Cineart, Duitsland 

 Pina - Intervieuw Wim Wenders (2011), Hugues Dayez, Cineart, Duitsland Logboek: 16 uur
0 notes
arthursedee · 6 years
Photo
Tumblr media
Contemplatief moment
0 notes
jurjenkvanderhoek · 3 months
Text
OP EXCURSIE DOOR HET LEVEN MET OCTAVIE WOLTERS
Tumblr media
Octavie Wolters is graag in de natuur. Tussen wollegras, kroontjeskruid en onder bramenstruiken, populieren ligt haar tweede natuur. Daar is zij geaard, op die grond gedijt ze goed. Dat wezen van buitenleven en natuurschoon beschrijft zij liefdevol en gedetailleerd. Zittend aan de keukentafel met haar boek “Dit gaat nooit voorbij” geopend voor me liggend heb ik het idee dat ik met haar in dat veld ben. Want zij is geen bosmens. Octavie Wolters is van de horizon, van de open velden, de akkers. Bossen zijn haar te nauw, dan kan ze niet van zich afkijken en voelt zich opgesloten. In mijn fantasie bij haar verhaal wandel ik met haar, draaft de Friese hond die kan slootjespringen voor ons uit en zwijgt W. W is haar levensgezel die de natuur met haar deelt. Ik ben daarbij, wanneer ik mijn ogen sluit en haar teksten in mij om laat gaan.
Zij is geen wereldreiziger. Zij houdt van haar kleine, nabije omgeving. Het land dat ze zo goed kent en dat haar iedere dag weer iets nieuws laat zien. Octavie hoeft niet ver te gaan, daar in dat open veld vindt ze haar antwoorden. En haar vragen. “Ik weet nooit wat het doel is van alles, van de mens, de wereld, het leven. Of van mij.” De scholeksters halen hun gevederde schouders op en zeggen: “Dat hoeft je toch ook niet te weten?” En Wolters is het daar mee eens toch: het is goed zo – alles is er, dat is reden genoeg. Ze kan het geluk aanraken. Het gaat als een vogeltje op haar wijsvinger zitten. De essentie van geluk is de vogel, de liefde ervoor. “Dat gaat nooit voorbij”, denkt ze hardop.
Tumblr media
Die gedachte werd de titel van haar nieuwste uitgave, waarin zij spreekt met de vogels die ze treft op haar wandelingen. Ze vraagt zich af hoe vogels tegen de dingen aan kijken. In die fantasie zou het mooi zijn om met hen te kunnen praten. Octavie Wolters praat natuurlijk niet werkelijk met de merel, de kievit en de kokmeeuwen. Maar het woord is gewillig en het beeld volgzaam. Want niet alleen beschrijft Wolters haar gesprek en de omgeving waarin die samenspraak plaats vindt, ze maakt ook een afbeelding van de gesprekspartners. Dit doet zij door de plaat uit te snijden in linoleum en deze vervolgens kleurig af te drukken. Het spreken met de mezen, de zwaluwen en de ekster doet zij in gedachten. Die denkbeelden schrijft ze op en tekent ze uit, zodat het wel lijkt of de vogels net mensen zijn. De bever zwijgt, maar de mus, de kleine zwartkop en de blauwborst voeren het hoogste woord.
In gedachten spreekt ze feitelijk met zichzelf. Geeft zichzelf weerwoord of diepzinnige antwoorden op gelaagde vragen. Levensbeschouwelijk, bespiegelend, contemplatief. Ze is graag in de natuur, houdt van de vogels. En kan daarom hun verenpak aantrekken. En die jas past haar goed, al is de coupe en de stijl afwijkend. Ze observeert zo dikwijls en dermate intensief, dat ze zich met de gevederde vrienden kan vereenzelvigen. In haar gedachten vindt ze troost bij de vogels, in zichzelf. Het is als bidden. Moeiten en zwarigheden uitspreken en deze als het ware op het bordje van een hogere macht leggen. Bij Octavie Wolters is die macht de natuur, zijn dat de vogels. Bidden is net zo goed praten in jezelf, met een denkbaar persoon in gedachten discussiëren. Die iemand is ergens geloof je, maar zeker weten doe je het niet. Wolters gelooft in de vogels, vertrouwt op de natuur. Legt haar gemoed en gevoel bij hen neer in de fantasie van het verhaal. En ze krijgt antwoord, waar de goede god schijnbaar zwijgt.
Tumblr media
Haar verhalen zijn fabels, de vogels krijgen het gemoed van mensen. Geleerde mensen, want ze geven beschouwelijke antwoorden op de vragen van het leven. De vragen in het leven waarmee Octavie worstelt. Ze filosofeert over het zijn, bepeinst het wezen. Probeert een vinger achter het bestaan te krijgen, het aanwezig zijn hier en nu te vatten. Ze verbaast zich over dingen die zomaar gebeuren zonder dat iemand het opmerkt. “Sommige dingen gebeuren gewoon”, zegt de winterkoning. “Soms valt er iets voor zonder dat iemand op de wereld ervan weet”, denkt Wolters. Is het dan wel echt gebeurd wanneer niemand het opgemerkt heeft, filosofeert ze verder. “We kunnen soms alleen maar een verhaal verzinnen.” Dat beaam ik en sla de bladzijde om.
De verhalen zijn uiterst persoonlijk. Voor de vogels, en door de vertellingen dus ook voor mij, opent zij haar ziel. Ze heeft angsten, net als ieder mens. Wolters is bang dat zonder angst zij ophoud te bestaan. De angst is bij haar gaan horen, is een deel van haar geworden, een onmisbaar orgaan. Lang heeft ze zich vastgeklampt aan hoop, aan een verwachting, aan de gedachte dat alles ergens goed voor is. Ze denkt aan alle paden en wegen in haar hoofd, de herinneringen, toekomstdromen, alles in het hier en nu, waar ze aan werkt of mee bezig is. In het gladde wateroppervlak waarin de wolken voorbijdrijven ziet ze de reflectie van zichzelf. De visjes flitsen door haar heen alsof deze haar gedachten zijn. Het is een wereld van beelden, woorden zijn er niet nodig.
Tumblr media
Het zijn gedachten waarmee een ieder die serieus in het leven staat wel worstelt. ’s Nachts van wakker ligt. Troost zoekt overdag. Het zijn universele levensvragen die antwoorden verdienen, die om raad smeken en een uitweg zoeken. “Troost is er als al het andere al lang vervlogen is”, zeggen de mezen. Haar levensverhaal smeert Octavie Wolters uit over de seizoenen, deelt deze op in de maanden van het jaar. De winter, de lente, de zomer en de herfst, alle hebben een eigen karakter en signatuur. Het gemoed valt zwaar wanneer de blaadjes vallen bijvoorbeeld. In september denkt ze aan haar kindje dat er zo hartverscheurend niet meer is maar daardoor een nieuw soort aanwezigheid vormt. “Iets kan er tegelijkertijd zijn en niet zijn.” Gemis is nooit weg, vindt ze. Maar de pijn van de leegte kan wel gevuld worden. Ware woorden, de mees had het niet beter kunnen bedenken.
‘Dit gaat nooit voorbij’ is een prentenboek voor volwassenen, maar in de platen kunnen kinderen zich ook heel goed vinden. De vertellingen verhalen over levensvragen en het vinden van troost in de kleine wonderen van de natuur. Die vragen zijn te groot voor kinderen, wel lijken me de beschrijvingen van de omgeving aan te sluiten bij hun beleving. Volwassenen zullen bij de platen, portretten van vogels in weelderige flora, zelf een verhaal voor kinderen kunnen fantaseren. Deze platen hebben een klare lijn zonder veel omhaal van vlak en kleur. Duidelijk en essentieel, helder het karakter van de vogel in zijn habitat verbeeldend. Daarbij improviseren de verbeeldingskracht en het voorstellingsvermogen als vanzelf een verhaal. “De zon schijnt en de lucht voelt ineens warmer vandaag, al is het een wat schijnheilige warmte met een ondertoon van tochtige vrieskou. (…) De randen van de dagen worden langzaam zachter, het licht dimt, het lawaai verstomt.” De ekster vliegt op, maakt een rondje om de boomkruin en krast me gedag.
Dit gaat nooit voorbij. Octavie Wolters, tekst en illustraties. Uitgeverij Ploegsma, 2024.
1 note · View note
jurjenkvanderhoek · 5 months
Text
IN HET UNIVERSUM VAN ROBERT SCHUIT IS NIETS WAT HET LIJKT
Tumblr media
Iedere ingeving, elk idee, een of andere gedachteflits, alle inspiraties. Of eigenlijk verschillende hersenkronkels, kunnen leiden tot scherpzinnige tekeningen. Uitgewerkte schetsen van afwijkende dwarse gedachten. Althans die niet aan de normale norm toegeschreven worden. Tenminste wat de grootste gemene deler in de samenleving voor gewoon houdt. Een uitbeelding volgens de regel, gemiddeld en doorsnee. Dat zijn de tekeningen van Robert Schuit alleszins niet, gangbaar en gebruikelijk. Deze zijn zeker niet middelmatig, uitdrukkelijk wel contemplatief. Schuit beschouwt de wereld om hem heen en spiegelt deze in zijn werk. Iedere opmerking, elke overdenking wordt vertaald in een beeld dat die realiteit ontloopt. Maar serieus in ogenschouw nemend rammelen de uitingen niet, het tekent af wat er speelt in cryptische omschrijving.
Tumblr media
Een enkele tekening is wel melig, of te flauw voor woorden, smakeloos. Maar iedere schets heeft een diepere grond. Een gelaagde betekenis. Elke aanleiding is niet zo lacherig als dat het op papier komt. Schuit is een sarcast, een criticaster. Hij is een (be)spotter, een muggenzifter en mierenneuker. Schrijf ik dit, verkneukel ik me bij de gedachte hoe hij dat zal uitbeelden. Het blijft echter niet enkel bij het tekenen van de gedachte, ook beschrijft hij de ingeving. De tekening is een illustratie bij de tekst. Het staat niet los van elkaar, het is één geheel. De tekening geeft geen uitleg van de tekst of andersom. Beeld en woord vormen een niet van elkaar te scheiden kunstwerk.
Robert Schuit tekent de klare lijn. Zijn tekeningen geven een duidelijk beeld van de hersenkronkels die hem beroeren. De tekst geeft daar geen uitleg bij, maar is er een aanvulling op. Het één kan niet zonder het ander. Sommige gedachten vallen meteen in, andere spinsels hebben langer nodig begrijpelijk te worden. Maar voortdurend trekt er dan een glimlach om de mond wanneer de ontdekking daar is. Wanneer je ontdekt wat de diepere laag onder de oppervlakte van het zichtbare is. Een enkele tekening is ook wel plat en meteen duidelijk, waar de andere je zet tot nadenken om de betekenis te achterhalen.
Tumblr media
Over het algemeen mag zijn waarheid dan flauw en melig zijn, door de kritische pen van Schuit wordt het beeld daarvan geestig en spitsvondig. Hij tekent op het scherpst van de snede en legt de vinger op zere plekken. Het doet zeer, het schuurt en schaaft. Het is wel te lullig, maar is altijd kernachtig weergegeven. Maar al te vaak zie ik mezelf in de spiegel. Vind ik mezelf terug in de bespiegeling van Schuit, althans weerklinken mijn alledaagse bedoeningen erin. De normaal ge(d)achte wereld om me heen neemt de tekenaar met een korrel zout. De realiteit is niet al te serieus genomen, want veel van die door ons genomen werkelijkheid is te belachelijk voor woorden. Schuit heeft dan ook niet voldoende aan woorden en maakt het compleet met beelden.
Die dikdoenerij van de bombastische wereld wil Schuit op de hak nemen. De grootspraak wil hij laten struikelen. Wij moeten onszelf en de ander niet zo serieus nemen lijkt zijn boodschap. In alle ernst, wat is die hoogmoed waard. Het is alles ijdelheid. De tekeningen van Schuit zijn niet esthetisch verantwoord. Niet mooi om naar te kijken, maar wel diepzinnig van uitdrukking. In het interessante beeld draait om de inhoud, niet om de verpakking. Het zijn cartoons, karikaturen. De grap mag dan in de tekening lijken te zitten, de poets is door onszelf voorgebakken. Het boek “Er komt altijd een ei uit” kan met een grimlach bekeken en gelezen worden. Maar eerder zal ik de boer zijn met kiespijn die lacht om de grappen van Robert Schuit, omdat ik mezelf erin herken.
Tumblr media
Hij steekt de draak met het leven, ons zijn, mijn wezen. Hier wilde ik citeren, maar dat gaat niet want zoals beschreven is tekst eenheid met beeld. Zonder beeld zijn de woorden niets zeggend. Slaan deze als een tang op een varken. Toch een ingelijste spreuk: “op internet gevonden quotes als eigen wijsheid presenteren is als een dikmaakpak voor de ziel”. Daarvan is de ondertekening doorgestreept en vervangen door ‘- ROBEERT SCHUIT’, waarmee hij het dus zijn eigen wijsheid maakt. En is de typografie de letter zonder beeld, dan kan ik de tekst aanhalen: “wie de bankpas die bij deze pincode hoort vindt mag voor zichzelf iets lekkers kopen: 8692”. Maar noodzakelijk om het werk van Robert Schuit te doorzien en te begrijpen is het zaak het te bekijken. Dat kan onder meer afgedrukt in het boek “Er komt altijd een ei uit”. En tot eind februari 2024 in het echt bij Loopvis in Arnhem. Daar is niets wat het lijkt.
Er komt altijd een ei uit. Robert Schuit, tekeningen. Uitgeverij Jurgen Maas, 2023.
0 notes
jurjenkvanderhoek · 9 months
Text
DE KRACHT VAN LANDLEVEN IN WOORD EN BEELD UITGEDRUKT
Tumblr media
Enkele jaren voor nu zag ik een tentoonstelling over kunstenaars die in hun werk helemaal opgaan in de omgeving waarin ze leven. Living the landscape. Ze leven het landschap, en beleven de omstreken. Kunstenaars op Lands End in het zuidwesten van Engeland. Een kunstenaarskolonie back to basic. Deze kunstenaars daar zijn dat land, kunnen niet anders dan hun leven zo beleven. Zij tonen het wezen der dingen. Naar hier gehaald in beelden, zodat wij beleven en inleven. Wie de tentoonstelling in Museum Belvédère bezocht stond daarom voor even in Cornwall. Keek uit over de zee, bezag de heuvels en de rotsen, liep langs de haven en proefde de zilte lucht. Wij konden het landschap beleven. Dat is wat Janny Vellinga in haar werk ook doet. Mij het landschap laten beleven, het landleven laten ademen. In woord en in beeld. Naast de gedichten zijn in de bundel “De kracht van landleven” afdrukken van schilderijen opgenomen. In inkt en verf, langs vorm en kleur, ademt zij dat leven van het land.
“Waar de grond / ligt te slapen / is het stil, / zo intens stil / / Geen geluid, / geen gedachten, / geen oordeel over / wat eerder was, / of wat straks komt / / Alleen het ritme / van de adem, / heel diep in, / aandachtig uit”.
Tumblr media
Als boerendochter is Janny Vellinga gewend om buitenlucht te ademen. Om licht en stilte te zoeken op het platteland. De weidse ruimte te beleven. De wisselingen van de seizoenen te voelen. Over het bouwland banjeren. Tussen de koeien vertoeven. Languit in het gras met een pijpenstrootje tussen de tanden kijken naar de overtrekkende wolken. Daarin de meest machtige beeldhouwwerken ontdekken. De idylle van het landleven aan de lijve ondervinden. Daarom kan Vellinga dit leven zo goed onder woorden brengen, omdat ze het landschap leeft.
Zo juist die uitdrukkingen vinden die mij een indruk geven van hoe contemplatief de vrije omgeving is. Op welke manier de natuur op zichzelf kalmte kan geven. Bijna therapeutisch rustgevend kan werken op de haastige mens. De mens die zich terugtrekt in de woelige wereld van de stad en voorbij kijkt aan de natuur in het veld. Die mens probeert die natuur daar te sturen en in vakjes te stoppen. Dat lukt tussen beton en staal, maar minder daar waar de flora tot volle bloei komt. Tussen de stenen steekt het dwars de kop nog wel op, maar op het veld en in het bos is het helemaal in het element. De boer zaait en maait, maar de natuur zelf bepaalt of de oogst lukt. Die kracht van de natuur omschrijft Vellinga in haar gedichten.
Tumblr media
Maar naast dat genieten van het wezen dient er gewerkt te worden. Brood op de plank. Die invulling van de natuur is ook in de poëzie van Vellinga verwoord. Het leven in een notendop volgt de seizoenen in een enkel jaar. Het zaaien, de groei en bloei, het maaien en oogsten, daarna het verdorren. De cyclus van het leven. Van bevruchting via opgroeien tot verouderen en sterven. Want nieuw leven ontstaat uit de dood. Eerst sterft iets af voordat het andere kan groeien. Dat is wat de boer zich realiseert en de dochter beseft. Dit leven op en van het land krijgt woorden in haar gedachten. Dit zijn in en door het land gaat voor mij leven door haar poëzie. Zij beschrijft de euforie van het landleven. Daarbij heeft ze oog voor het detail. Dat wat ik als gewoon, doodnormaal, beschouw. Ze leeft zich in. En ik volg haar. Ik treed in haar voetsporen terwijl ik de teksten in de bundel lees.
De strekking van deze bundel is dat ik dichtbij mijn oorsprong moet blijven. De grond waaruit ik kom en waarin ik ooit zal terug keren. Die aarde geeft rust. Daarmee, met die gedachte in het achterhoofd, kan ik de wereld ontvluchten. Met het boekje opengeslagen in de hand kan ik dit bestaan kort ontstijgen. Me een zandkorrel weten, een graspol of een kleiklomp. Of het zaad van graan dan wel biet of boon, tulp of lelie. Zo één met groeiend leven en het element dat zorgt dat wezen zijn is.
Tumblr media
Hand in hand volg ik met haar de seizoenen, trek ik sporen over de landweg. “Tegen het einde / van de winterrust, / wanneer de lucht / zich vult met voorjaar”.  Zaaien en maaien, groeien en bloeien. Het is de natuur van de natuur. “In de graanvelden van april / laat jong groen zich parmantig zien, / gewoon wetend wat het te doen staat, / glimlachend van binnenuit”. Mijn zaaigoed vindt in haar gedichten een goede bodem om tot wasdom te komen. Sla ik het boekje dicht en sluit mijn ogen dan zie ik de ruige weiden voor me. En stap ik naar buiten kijk ik met andere ogen de velden in. Ruikt het uitrijden van de mest opeens minder vies. Vellinga laat mij het landschap beleven.
Janny Vellinga graaft zich figuurlijk diep in de materie in. Want ze weet dat één zijn met de natuur betekent dat je letterlijk met de blote handen in de modder wroet. Zo primitief op de knieën tussen de planten kruipt om elk ongewenst kruid er tussen uit te plukken. De boer van nu zit er echter letterlijk bovenop, hoog op zijn troon van zijn landbouwmachine, en niet meer figuurlijk er binnenin. De vooruitgang zit tussen zijn hand en de aarde, dat is al begonnen met de spade en de schoffel. Hoe meer afstand tot de basis des te minder oog voor wat er werkelijk toe doet.
Met Vellinga’s woorden kan ik dansen over de velden. In haar woorden zwier ik rond langs sloot en plas. Overzie ik de landen met de hand boven de ogen om zonlicht uit mijn blik te weren. Ga ik op de hurken voor dit machtige schouwspel. Ik kan die weidsheid maar nauwelijks aan en beleef de grootte op detail. “Kijk om je heen / door kinderogen, / dan zie je wat er / werkelijk toe doet”.
De kracht van landleven. Janny Vellinga. Gedichten en illustraties. Uitgeverij JF Books, 2023.
0 notes
jurjenkvanderhoek · 1 year
Text
HET GELIEFDE VISSTEKKIE VAN DE KUNSTENAAR
Tumblr media
De kunst van het recyclen. Dat is hergebruik van materialen in de kunst. Kunstenaar Coen Vunderink neemt dat letterlijk. Niet alleen dat hij eens gemaakte schilderijen met een nieuwe laag verf bedekt. Ook wint hij passie en inspiratie terug. Daar het gevoel is verdwenen dat hij bij eerder werk had, kan hij hier makkelijk afstand van doen. Die tijd van toen ooit heeft afgedaan. In zijn kunst is hij gegroeid. Is de fase van overpainting en overexposed afgesloten. Kom ik niet meer door vitrage opzij te schuiven het werk binnen. Het leven geweven achter een matte laag stof. De werken in deze serie, die het atelier verlieten en de wereld ingingen, getuigen van wat was en is geweest. Van waar Vunderinks bevlogenheid toen uiting in kreeg. De werken die achterbleven zijn voor de kringloop. Het recyclen van kunst.
Tumblr media
In het kunnen ontwikkelt Vunderink zijn kunst. Hij krijgt andere ideeën en nieuwe ingevingen. Gaat zich op den duur ergeren aan dat oude werk. Dat werk dat hem aanstaart en dat hem niet meer aanstaat. Hij zet deze in gedachten uit. In zijn oeuvre voelen deze werken als gedateerd. Voor de buitenstaander is daarmee echter het beeld van de ontwikkeling compleet. Voor de kunstenaar is die voorstelling afgelopen, sluiten de gordijnen zich.
Het linnen kan dan opnieuw gegrond worden om drager te zijn van actueel werk. Hergebruik van het materiaal. Dan is de geschiedenis uitgewist. Coen Vunderink echter laat dat verleden deel uit maken van het heden. Het in zijn ogen gedateerde werk wordt de gronding voor de nieuwe compositie. De gordijnen gaan open voor een derde acte. De tweede was al een introductie op wat nu speelt. De bits en bytes met spuitverf op doek gezet, een abstracte figuratie voordat deze overgaat in een expressionistische realiteit.
Tumblr media
Zag ik eerder een print van vitrage, een doorzichtige stof. Het kant van de passie. Keek ik door het transparante zijn naar een buiten. Of werd mijn blik door het dunne gordijn juist naar binnen geleid. Het gehaakte weefsel bedekte maar amper een intieme gebeurtenis. Die beleving van toen blijft nu bewaard in en door een nieuwe verflaag. Was het oude grijs en vrijwel zonder kleur, het nieuwe is vol van tinten in een herbeleving. Dat gevoel van die plek daar komt terug in het atelier. Achter de ezel beleeft Coen Vunderink het landschap alsof hij daar weer is op de oever uitkijkend over het spiegelende water.
Kunstenaar is zijn beroep, visser is de passie. Voor de concentratie op de drijvende dobber in het water is stilte een vereiste. Om een vis aan de haak  te slaan is kalmte een behoefte. Dat verlangen is zo groot als de afzondering in het atelier. Het beroep van kunstenaar is een eenzaam vak. In isolement floreert het creëren. De bedrijvigheid van het vissen is ook een solitair gebeuren. Recreatief creatief bezig zijn. Het is niet zo vreemd daarom dat Vunderink zijn tentoonstelling bij Museum Galerie Heerenveen de titel STIL heeft gegeven.
Tumblr media
Wat ik zie zijn plekken waar de kunstenaar als het ware in retraite gaat. De visser in beslotenheid zijn stek heeft opgezocht. De beste locatie langs de sloot of het meer om de hengel uit te gooien. Contemplatief wachten op beweging. En vanuit stilstand toeslaan bij een beet. Vissen is lang wachten, concentreren, rondzien, beschouwen, gadeslaan. Zo werkt ook de inspiratie. Vanuit het niets wordt het iets plots zichtbaar. Daardoor kan het visstekkie, de emotie van het hengelen, op linnen worden herbeleefd.
Het is die eenheid met de natuur dat hem drijft om te delen met mij. Ongestoord beleeft hij de vissport. Stilzwijgend kan ik zijn kunst beleven. Zijn passie, zijn drijfveer. Dat zichzelf toegeëigende visstekkie is zijn motief, het thema van waaruit de kunst ontstaat. Ik zie die plek vereeuwigd in diverse composities. Maar met onderscheiden bewogenheid gepenseeld. Dat kan zijn vroeg in de morgen of net na een regenbui. In het voorjaar met de lente in de lucht. De winterse kou. Weinig houdt Vunderink thuis van zijn geliefde arbeid buiten, hoewel de hobby hem dan naar binnen drijft. Want welke is de scheidslijn. Het vissen beweegt hem te schilderen. De kunst wordt aan de waterkant beleefd.
Tumblr media
Tijdens het vissen is er genoeg ruimte en tijd om het stek te schetsen. In lijnen en gedachten te bewaren om er in het atelier mee aan het werk te gaan. Een stilleven te schilderen, het landschap waar de stilte ervaren kan worden. Maar onderhuids is er beweging, het rumoer van een eerdere compositie. Deze geeft opmerkelijke details, omdat de verf en het houtskool de eitempera niet geheel bedekt. Ruimte geeft aan invulling door de kijker. Het expressief opgezette landschap is transparant op de dimensie van de ordelijke gordijnstof gezet. Twee afzonderlijke belevingen samen gebracht in een enkele compositie. Het vult elkaar aan, maakt de indruk compleet. Zonder de onderschildering zou het werk minder gelaagd zijn en meer een ordinair beeld geven van een landschap. Deze dimensie maakt het schilderij bijzonder. Zo schijnt het verleden door in het heden, het oude werk blijft in het nieuwe bewaard. De kunst van het recyclen.
STIL. Coen Vunderink, schilderijen. “Zon landschap licht, veel kleur en heel veel grijs. Ik hou ervan.” Tentoonstelling bij Museum Galerie Heerenveen, Minckelersstraat 11 in Heerenveen. Tot en met 11 juni 2023.
0 notes
jurjenkvanderhoek · 1 year
Text
ARNO KRAMERS' TEKENEN AAN DE WAND
Tumblr media
Voor zijn expositie in Galerie Getekend maakte Arno Kramer twee krijttekeningen op de aldaar verplaatsbare zwarte tussenwanden. Het is graffiti die er mag zijn maar na afloop van deze  tentoonstelling weer zal verdwijnen. Het is kunst voor even, voor dit moment en zolang dat duurt. Het gaat voorbij zoals de tijd van het moment dit ook doet. Voor even zet Kramer de tijd hier stil, haalt de beweging eruit. Tekens aan de wand, om te waarschuwen? De ene tekening heeft dat thema ingeschreven, in time. Het is bij de tijd, tijdig getekend. Maar ook een vingerwijzing, een aankondiging van een afstand door de gevelruit van de galerie te bezien. De andere vorm is een metafoor van die immer doortikkende tijd. Jaarringen bewegen in een onregelmatige cirkel, voor iedere periode een rand, een levensfase. De geschiedenis van deze tijd van leven is daar uit af te lezen. Voor dit moment werken deze muurstukken om tijd vast te leggen, te laten zien wat er binnen in de ruimte beschouwt kan worden, voor even in afwasbaar krijt. Straks gaat de spons erover en hebben we alleen de foto's nog, herinneringen.
Tumblr media
Arno Kramer gebruikt de realiteit als middel om non-figuratieve verbeeldingen te maken. Fragmenten van leven om het element tijd te duiden. Maar de gestalte van een dier of plant is daarbij geen hert, haas of kraai en geen tak, bloem of blad. Het figuur is een vlak in het veld van de uitbeelding, zoals de arcering en het raster dat ook zijn. Het is een vorm als silhouet, een nabeeld van wat gezien is. De schaduw van de werkelijkheid, een afdruk in de tijd. Het is een omvangrijk en contemplatief verhaal, zoals het hier afrondend aan de wand is geprikt. Geen enkel deel kan zonder de totale compositie. Een fragment eruit halen is het doorstrepen van woorden en zinnen, en dat enkele beeld vertelt slechts een deel van het totale verhaal. Het zal niet meer compleet en volmaakt zijn. Dan blijven er vragen en zal er over gesproken moeten worden, terwijl deze kunst stil maakt. In verwondering het mysterie ondergaan. Geen flarden tijd bekijken, hier is het klokje rond.
Tumblr media
Het is de realiteit zoals Kramer deze op een moment heeft ervaren, kan beleven. Hij tekent niet letterlijk de werkelijkheid, het is altijd een afgietsel, een uittreksel. Dat is wat de tekening altijd is. Een model om de wereld te duiden, een mysterieuze samenvatting van hoe het in het brein van de kunstenaar werkt. Even duister en ongrijpbaar als de werkelijkheid dat is. Want wie zal de gedachten kunnen lezen van de kunstenaar wanneer hij deze niet in begrijpbare beelden heeft omgezet. Met de tekeningen bij Galerie Getekend doe ik een poging en met de in de hand opengeslagen catalogus die vorig jaar verscheen bij de tentoonstelling in Museum CODA Apeldoorn en de Limerick City Gallery of Art Ierland: IN TIME. De kunst van Arno Kramer balanceert op de smalle rand tussen werkelijkheid en fantasie, waar het gewicht op de schaal van de verbeelding drukt.
Tumblr media
Zo werken de uitdrukkingen op elkaar in, krijgt het samenspel een verhaal. In de galerie vormen diverse afzonderlijke delen een collage met de zwarte wand als drager. Hier ook tekens aan de wand dus, maar minder letterlijk als voornoemde krijttekeningen. In de individuele composities die onlosmakelijk het totale beeld vormen kan ik mijn eigen ervaring van het leven en de wereld zetten. Soms lijken ze verre van mijn beleving te staan, maar ga ik deze op details determineren dan passen waarneming en idee als puzzelstukken in mijn zijn. Het is geen zaak de werkelijkheid in het beeld te zoeken, want deze is niet wat het lijkt te zijn. Het is de geografie van Kramers eigen landkaart, de topografie van zijn persoonlijke zijn. Om dit in mijn eigen grond te kunnen ingraven, moet ik de basis van het uiten doorgronden. Dat is kijken om te kunnen zien. Bestuderen van lijn en vlak. De vormgeving dwingt mij niet om te begrijpen, maar door te kijken en te zien ontstaat als vanzelf een tastbare opmaak.
Tumblr media
De schaduw gaat altijd mee, achtervolgt me op de voet. Deze metgezel hoort bij mij, is een afdruk van mijn wezen. Iedere ruimtelijke vorm heeft een dergelijke natuurlijke print. Waar deze is zal de ander zijn. Kramer beeldt in zijn werken echter de schaduw af terwijl het oorspronkelijke figuur is verdwenen. Hij verbeeldt schaduwen van de tijd, in de tijd. Om de toeschouwer, vooral in de actualiteit van klimaatverandering en biodiversiteit, te waarschuwen dat we nog op tijd zijn wanneer we nu de knop omzetten. Op de mooie plaatjes van de natuur, de prachtige uitzichten zoals wij ons die op deze manier voorstellen, zetten al minder schone elementen hun afdruk. Maar het mogen geen beelden worden die alleen nog in de herinnering bestaan. Kramer heeft een vooruitziende blik, maar mag geen roepende in de woestijn worden. Zijn platen krijgen als we niet oppassen de sfeer van zo was het ooit, “heb ik niet op tijd gewaarschuwd”. En in dat collectieve geheugen zit de schoonheid van hoe het ooit was opgesloten. Kramer beeldt dat met prachtige kleuren in de kantlijn, kleurbalken in een proefdruk om de juiste sfeer vast te leggen.
Tumblr media
Jaarringen en schaduwen zijn samen met rasters en arceringen elementen in de composities van Arno Kramer. Hij maakt deze onderdelen van de voortgaande tijd, het bewegende verloop in de geschiedenis. De collages zijn abstracte verbeeldingen van momenten, hoewel ze aan de toeschouwer overkomen als realistische detailleringen. Het realisme en abstracte zijn gebruikt om een gevoel uit te drukken, een sfeer neer te zetten. Het is om de tijd even stil te zetten en uit te drukken dat het zo was, dat het ooit zo was en nu nog had kunnen zijn. Wanneer wij op tijd zijn, in time. Laat het geen souvenirs worden, geen relikwieën of memorabilia. Laten we er omdenken dat het geen aandenken wordt. Dat lees ik in deze werken van Arno Kramer. Een visionair die, zo is mijn zucht, geen uitgedorst, oververhit driftkikkertje dat zich tegen de zandstormen hees schreeuwt zal worden. Dat wij niet enkel zijn werk in schoonheid beschouwen, maar ook nog wat doen met de boodschap die er in besloten ligt. Tekenen van de tijd. Sign o'the times. Arno Kramer, we zullen het doorzien, op tijd, in time.
Arno Kramer, solopresentatie bij Galerie Getekend, Stationsstraat 6 in Heerenveen. Tot en met 5 maart 2023.
https://galeriegetekend.nl/
0 notes
jurjenkvanderhoek · 1 year
Text
WILSTRA EN RIJPMA BRENGEN EEN ODE AAN NOARDERLEECH
Tumblr media Tumblr media
De natuur heeft er terug gewonnen van de mens. Deze dacht daar land te winnen. Buitendijks om het gebied te vergroten. Men wil altijd meer. Eigenlijk evenwel is het een samenwerking. De mens helpt de natuur en andersom. De natuur voert grond aan, klei. Deze aanslibbing wordt door de mens bevordert met dammen en greppels. Het is een ecologisch samenspel dat getijdengebied. Al naar gelang er meer grond wordt aangevoerd valt de aarde droog. De één geeft, de ander neemt. En laat de ander het werk voor een moment liggen dan herneemt de één wat gegeven is. Zo kan een bijzondere streek ontstaan, een rand in de Waddenzee dat onderdeel wordt van het land van Fryslân. Dat is de bedoeling. Dat land heeft het gebied nodig, anders kalft het af en wordt teruggenomen door de zee. Maar de rand waarin land en water elkaar de loef afsteken, met slikken en kwelders en zomerpolders, vormt een buffer. Er zou een dijk omheen gelegd worden, zodat het land daadwerkelijk van de zee was gewonnen. Maar zover is het niet gekomen, zodat er een prachtig natuurgebied is ontstaan. Noarderleech. 
Tumblr media
Het is er leeg daar in het noorden. Althans leeg omdat de mens het heeft laten liggen waar het ligt. Maar het is niet leeg van flora en fauna. Juist de natuur is er druk doende voor plant en dier leefbaar gebied van te maken. Laag is het er wel, meestentijds onder de zeespiegel. Kwelders die werden ingepolderd zijn teruggegeven aan de zee en weer van zomerpolder tot kwelder gemaakt. De getijden kregen opnieuw hand in de tijd door het doorsteken van een dijkje. De mensenhand hielp de natuur een beetje. Soms is dat nodig, maar meestal kan de natuur het zelf wel oplossen. Door veranderingen in de tijd, wijzigingen van beleid, krijgt de mens minder invloed op de natuur. Daar in het lege noorden trekt de mens zich terug om ruimte terug te geven aan de natuur. Dat gebied, met de bedoeling het strak en zakelijk in te polderen, heeft de spontane en speelse ontwikkeling van land en water samen teruggekregen. De beloning is een prachtig stuk onontgonnen grond met een variëteit aan plant en dier. 
Tumblr media
De natuur is dankbaar dat het ruimte krijgt om te groeien en te bloeien. De mens geeft die ruimte daar in het Noarderleech. Dus doet die natuur wat aan de mens terug. Wie er rondloopt, waadt door de natte grond, zal beamen dat hier door een onafgemaakt landjepik een bijzonder buitendijks gebied is ontstaan. Een kakafonie aan vogelgeluiden overstemt het ruisen van de wind. Het is er niet leeg en stil, het is daar juist vol van leven en geluid. Maar voor de maatstaven van de mensheid heerst er rust en kalmte, is het een contemplatief gebied, om er beschouwend in te zijn. De natuur gebiedt mij eerbiedig stil te staan en te genieten. En ben ik niet in de gelegenheid het gebied lijfelijk te bezoeken, dan pak ik het boek Noarderleech erbij.
Tumblr media
Voor de uitgave heeft de Afûk, de instelling tot behoud en ter bevordering van de Friese taal, fotograaf Evert Wilstra aan het werk gezet om het gebied fotografisch in kaart te brengen. De oud-fierljepkampioen laat met de foto’s een impressie zien van het landschap als zodanig, maar toont ook de verbinding tussen het landschap, de natuur en de kunst. Er is een prachtig handzaam fotoboek ontstaan waarin de sfeer van het gebied in de ziel wordt geraakt. De liefde voor de natuur ligt erin voor het oprapen. Hoge luchten, een weidse blik, maar ook op de knieën bij een graspol of gebroken kleibodem. Diezelfde genegenheid valt in de gedichten van Jochum Rijpma te lezen. De eco-campingboer lijkt aan de hand van de foto’s zijn lyrische hartstocht te hebben uitgeschreven, maar het is veeleer de natuur daar in het Noarderleech zelf dat hem deed besluiten de loftrompet te steken en een lofzang aan te heffen. In dit gebied daar ter plekke kun je niet anders dan in poëtische verwondering de ogen opslaan, in fotografische vervoering de liefde bedrijven. 
Tumblr media
Het boek gaat met een voorwoord van Henk de Vries, directeur van de provinciale vereniging voor natuurbescherming in Fryslân it Fryske Gea. De vereniging is beheerder van vijftig verschillende natuurgebieden waaronder het Noarderleech. Hij beschrijft en omschrijft het ontstaan van dit voor Europese begrippen unieke gebied. “Door de schaal, de openheid, het mooie licht en het nachtelijk duister werkt het Noarderleech op het gemoed van mensen.” Waarna fotografie en poëzie losbarsten in een beeldend en geschreven ode op dit natuurgebied. Het is om stil van te worden. Even de gedachte leeg maken om de beelden van een gecultiveerde ongerepte natuur te doorgronden. Want het blijft een feit dat de mens er een hand in had hoe het landschap er daar langs de rand van Fryslân bij ligt. Doordat de natuur het werk afmaakt merkt de mens nu op dat het er ongeschonden bij ligt. Dat de inbreng nauwelijks meer merkbaar is en het een maagdelijk landschap lijkt. Het is het zelfoplossend vermogen van de natuur dat op ingrepen pleisters plakt. 
Uitgestrekte kwelders, zover het oog reikt dus tot aan de horizon. Ondergelopen land, rietkragen. Slikken en slenken. Maar ook de bewoners. Vogels op doorreis. Schapen en paarden voor een periode. Dichter op de huid van Noarderleech het riet, het grasland, de kleigrond. Korstmos en vlokken wol aan prikkeldraad. Hé, daar rijdt nog een boer op de tractor, schudt het hooi op. En daar klimt een man over het hek, proberen mensen bij de Tempel van Ids de contouren van Ameland te zien op de dansende horizon. Evert Wilstra was er ieder jaargetijde en toont mij de wisseling van de seizoenen. 
Tumblr media
Jochum Rijpma sluit aan met woorden die de beelden kunnen vervangen. Niet altijd lijkt hij het over Noarderleech te hebben, ook gaan zijn gedachten wel verder mee op de wind. Heft hij een lied aan op mensen die ons ontvallen zijn, een andere werkelijkheid zijn ingegaan maar hun wortels voelden in het Waddengebied. En een liefdeslied of passiespel in korte ongerijmde zinnen breekt de droom van de dichter over Noarderleech open. Een poëet loyaal aan dit gebied, dat voor hem vrouw kan zijn maar evengoed man, mens is om lief te hebben. Te willen schuilen in de schoot van dit landschap, gevleid tegen de dijk. “Sakraal wekker wurden / Wie ‘k foar altiten ferkocht / Oan dit hân tútsjende Leechlân, / Grôtfol sjongend libben.” De gedichten zijn tweetalig. De Friese taal sluit in klank en gevoel aan op het Noarderleech. In de Nederlandse vertaling boet het iets in aan kracht, maar toch “Sacraal gewekt / Was ik voorgoed verkocht / Aan dit hand kussende laagland, / Barstensvol zingend leven.” 
NOARDERLEECH. Unyk poëtysk lânskip / Uniek poëtisch landschap. Foto’s Evert Wilstra, gedichten Jochum Rijpma. Uitgave Afûk, 2022.
0 notes
jurjenkvanderhoek · 2 years
Text
GEDACHT EN GELEEFD, BEDACHT EN BELEEFD
Tumblr media
Scharrelen door veld en sprokkelen in bos, langs bergen en door dalen van het bestaan. Kalm en bedaard, bijna contemplatief, beschouwend want de omgeving moet geobserveerd, bekeken en nagespeurd. Met scherp oog voor kleine geringe dingen tuurt kunstenaar Fred Geven door kreupelhout en over struikgewas. Bij omzwervingen in het woud en langs de zee, over landen en tussen sloten vindt hij schamele objecten die door mens en natuur als afval afvallen, gevallen van het zijn. Restmateriaal van leven en werken, gebruikt in onbruik geraakt. Deze materie is nog waardevol voor ogen en in handen van deze beeldmaker. Het heeft geleefd, Fred geeft het nieuw leven. De creatie reïncarneert tot recreatie. Van wat het was wordt het opnieuw is.
In aanleg doet Guus Koenraads hetzelfde, echter in een andere dimensie. Hij ziet kleuren – vlakken en lijnen, velden en grenzen, gebruikt voor gangbare uitzichten, die nieuwe indrukken maken door zijn schilderijen. Deze, die composities, benoemen de omgeving in een hogere wereld. Uitgemeten werken die op doek op paneel geschilderde lagen dragen. Elke laag met een eigen geest en betekenis. De opmaak lijkt geschetst aan de tekentafel van de architect. Deze rechtlijnigheid staat lijnrecht op het veelvormige en meervoudige werk van Fred Geven. En daardoor past het zo goed samen in deze ruimte van Kunstlokaal No.8. Het stoot elkaar af, terwijl de één het andere aanvult.
Tumblr media
In het iets wat tot niets werd blaast Fred Geven nieuw leven. Als de schepper maakt hij levend wat dood leek. Het nieuwe dat door doelmatigheid oud werd en het toepasbare karakter verloor, brengt hij terug in de wereld van het algemeen nut. Daarvoor kan het met een kleine aanpassing ingezet worden. Transformeert de blik van de kijker ernaar van overbodig in dienstbaar. Is de verrotting, het bederf en verval, noodzaak om tot nieuw inzicht en beleving te komen. Dood doet leven. Krijgt het ding kleur aangemeten of wordt het samen geplaatst in een collage om object te worden. Van voorwerp tot individu omgevormd. Geven incarneert en belichaamt door slechts een geringe, soms wel een verwaarloosbare, ingreep toe te passen. Maar toch komt door deze onbeduidende toevoeging het hout - de stok, de bast, het plankje – tot leven op een nieuw podium. Het speelt zich een andere laag van ervaren in. Het is geleefd en wordt beleefd.
In essentie schrijft Guus Koenraads ook een nieuw script voor zijn creaties. Zijn gemaakte vlak, met acrylverf op doek, wordt gevouwen om een paneel zodat de dimensie zich schijnt door te zetten van oppervlak tot ruimte. In de schaduwen lijken de kleuren zich te mengen met de wand als drager. De objecten spelen zich een rol binnen de kosmos waar deze zich voor de uitstalling in hebben begeven. Het universum van dit lokaal is uitgemeten, afgemeten wanneer ik de deur achter me dicht doe, maar toch is het onmetelijk groot in beleving. De abstracte werken spreken door de kleuren die symbool staan voor de realiteit. De werkelijkheid krijgt in het belijnen en het betinten een andere misschien wel betere betekenis. Wat ik zie geeft stof tot nadenken. Het is gedacht om te bedenken.
Tumblr media
De titels van de werken sturen mijn gedachten zowel bij Geven als bij Koenraads een bewuste richting in. Onbevangen kijken is er niet bij wanneer een witte punt op een plankje “de maan, het wad” genoemd is. “Grey days ending pink” wordt duidelijk een landschap bij avondlicht. De “akker” lijkt dan wel ruimte voor objectief kijken te geven, de nerven van het hout laten het plankje voor zichzelf spreken. Geven zag het zo en heeft er een overbodige toevoeging aan gegeven om het een kunstobject te laten worden, zijn handtekening eraan te geven. De naamgeving van Koenraads is dan wel meer van een diepere laag. De vierkanten en rechthoeken krijgen een vloeiende titel. Mysterieus als de werken in eenvoud raadselachtig zijn. Maar toch de bedoeling van de kunstenaar met het werk beschrijven. Daaraan kan ik wel een eigen inhoud geven, maar de zin blijft toch die woorden bevatten: “light of the past”, “heaven can wait”, “the architect”.
Tumblr media
Het werk van Fred Geven is in beginsel afvallig, maar vindt door zijn handen een nieuwe weg naar de zichtbaarheid. Een kleine aanpassing kan de bestaansreden van het ding omvormen tot een object met waarde. Een kunstvoorwerp waaraan een prijskaartje hangt. Zo deelt Guus Koenraads de werkelijkheid in vlakken in. De lijnen lopen liniaalrecht en scheiden soorten en ruimtes. Het zijn heeft een bouwkunstig wezen. En zo is het vierkant hier rond. Is de omgeving verkaveld en krijgt uitschot gewicht. Gedacht en geleefd, bedacht en beleefd.
“Gedacht en geleefd”, werken van Guus Koenraads en Fred Geven bij Kunstlokaal No.8, Schoterlandseweg 55 in Jubbega-Schurega. Tot en met 27 november 2022.
https://www.kunstlokaalno8.nl/guus-koenraads-fred-geven/
1 note · View note