Tumgik
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Vrijdag 17 mei
Snelweg
De terugweg is saai. En de verkeerde kant op.
We plakken de laatste Slovenië-sticker op de auto. We hebben gisterenavond rond 22 uur een overnachtingsplaats gevonden aan de Donau. Half wildkamperen: gratis, geen voorzieningen, maar wel legaal. We hoeven tenslotte alleen maar te slapen, en zo laat zijn veel ‘echte’ campings al dicht.
In Oostenrijk voel je je bijna een mol: een doorlopende tunnel van zuid naar noord. In Duitsland veel werk aan de weg. In het Ruhrgebied en in Nederland pakken we de vrijdagmiddagfiles mee. We houden af een toe een koffie- en plaspauze en om de twee uur een chauffeurswissel. Muziekje op.
En dan zijn we weer thuis. Joost en de buurman Theo vormen het ontvangstcomité en Elly’s zelfgebakken, verse appeltaart staat voor ons te dampen op tafel.
We vouwen de natte luifel uit: vanaf nu kan Brutus het straatbeeld in de JvO weer opfleuren.
En.... we gaan aftellen en voorbereiden voor onze volgende -grote- reis: van april t/m september 2020 naar Mongolië en terug.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Donderdag 16 mei
Sloveense Alpen
De zon schijnt. Wel wat wolken, maar da’s alleen maar mooi voor de foto’s. Vandaag is Joost jarig. Twintig alweer, wat vliegt de tijd.
We laten de zeiknatte luifel een beetje uitwapperen, en rollen ‘m iets minder nat weer op. In de herkansing naar de Soca-rivier, nu een stukje verderop waar het water zich door een kloof worstelt. Erg mooi. Een prachtige rivier om op te kajakken, maar dan wel voor de ervaren kajakker. Op dit moment worden de Europese kampioenschappen hier gehouden.
Deze vallei is in de eerste wereldoorlog meer dan twee jaar een strijdtoneel geweest. Met bijna een miljoen doden. Als je naar het vredige landschap kijkt, kun je je daar geen voorstelling van maken.
We kiezen de dangerousroads.nl-route over de pas. We starten beneden met de haarspeldbochten omhoog. Ze zijn genummerd, dit is nummer 46. Na dik twintig bochten staan we bovenop de Vrsic-pas, in een dik pak verse sneeuw. Wat is het hier prachtig. Nu nog zo’n berg bochten weer terug omlaag. Halverwege houden we een lunchpauze midden tussen de besneeuwde bergtoppen. En ren ik een paar bochten achter Brutus aan om mooie foto’s te maken. Een mens heeft wat over voor leuke plaatjes. En ja hoor, we tellen af tot bocht nr 1.
Door naar de Vintgarkloof. Er is in 1893 een houten pad tegen de kloof aangeplakt. Vlak boven de rivier Radovna die zich door deze kloof heen perst. Het is nog steeds een prachtig pad. We maken weer veel te veel foto’s van het kraakheldere, felblauwe water. En van de bloemen die hier weelderig bloeien.
Tot slot een allerlaatste vakantiestop bij het meer van Bled, met daarin het eilandje-met-kerkje. Hordes Aziaten worden van bussen overgeladen in gondels om naar het eiland geroeid te worden. We kopen taart, Joost wordt tenslotte maar een keer twintig. Het wordt een motorkap taartje. Want het is inmiddels alweer 16 uur. Tijd om de snelweg op te rijden. Nu echt op tempo richting Utrecht.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Woensdag 15 mei
Sloveense Alpen
We rijden vandaag het zesde land dat ontstaan is uit Joegoslavië in: Slovenië. Deze keer een volwaardig EU-land met euro. Gek genoeg wel grenscontrole.
We maken een stop in Koper, we zitten zelfs nog even op een terras in het zonnetje. Leuk stadje aan zee, met een grote containerhaven. Slovenië heeft maar een heel klein stukje zee, en deze haven bedient ook Oostenrijk en Hongarije.
Dan de bergen in slingeren. Een mooie wijnstreek bij Nova Gorica. Op de achtergrond de besneeuwde Solveense Alpen. Helaas is de dag egaal grijs. Zelfs geen wolken om onze foto’s op te vrolijken. Maar goed, ook nauwelijks regen. Het is wel koud: een graad of tien. Toch een lunchstop in het bos, met ons verse brood onder de luifel. Helemaal drupvrij is het niet.
Terwijl wij hier driftig vakantie vieren wordt in Nederland ons to-do-lijstje Othello afgewerkt. Omar en Giel maaien het gras, Jan maakt nieuwe tuindeuren, Jona en Omar snoeien de heg. Wij vinken vrolijk af! Ook aan de voorbereidingen voor het 21-diner van Giel volgende week zaterdag wordt gewerkt: Vincent en Michiel hebben dit weekend alvast proef-gekookt. En de boodschappen bij de Sligro besteld. Wat een luxe.
We volgen ondertussen de rivier Soca: een prachtig knalblauw ding, dat zeer geliefd is bij kayakers. Wij hadden nog de hoop onze kano op te kunnen blazen en een stukje te varen, maar daar vinden we het veel te koud voor. Wel maken we een wandeling naar een waterval. En kiezen een camping-met-restaurant aan het water. Daar gaan we vanavond eens een biertje drinken en een hapje eten. En dan donderdag en vrijdag in twee etappes naar huis. Qua schone kleren is het een goed idee: door het matige weer hebben we het wassen van kleding uitgesteld. Dus zijn de schone onderbroeken op rantsoen, om de dag kan ook best.
Veel mensen vinden vier weken vakantie lang, wij vinden het veel te kort. Dit reizen kunnen we prima nog wat langer volhouden. Maar…. over 10 maanden, gaan we een lange reis maken van 6 maanden naar Mongolië. Da’s een goed vooruitzicht.
2 notes · View notes
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Dinsdag 14 mei
Paradise
We staan vroeg op, wakker zijn we toch al, en het is nu even droog. Het heeft de hele nacht gespookt, en dat doet het nog steeds. De wind neemt geen moment af, wel soms toe: er steeds zware windstoten en rukwinden. We bekijken de schade op de camping: er is een hele voortent aan flarden gescheurd, de huisraad ligt overal. Bij ons is alleen het trappetje weggewaaid.
Na een bakje yoghurt gaan we weer op pad. Dit is typisch een dag om lekker noordwaarts te rijden. Als we goed en wel 10 km over de kustweg gereden hebben, zegt de TomTom plots dat we moeten omkeren. De weg voor ons zou zijn afgesloten. En verhip, iets verder staat er weer zo’n verboden-in-te-rijden bord, met een knipperende oranje lamp erbij. Volgens de TomTom gaat om ongeveer 25 km kustroute die is afgesloten. Alternatief is weer zo’n 100 km zuidelijk, om dan via het binnenland omhoog te rijden. Ja zeg: we blijven niet aan de gang. We besluiten om nog een keer het bord te negeren. Hoe vaak kun je dat doen, zonder er spijt van te krijgen? 
We rijden rustig want er liggen wel behoorlijk wat grote stenen, takken en een enkele boom op de weg. Maar verder lijkt de wegligging van Brutus goed. Op sommige stukken spookt het: dan rijden we plots in een ‘trekgat’. Als bijrijder klinkt het geraas en geruk aan de auto onheilspellend, als chauffeur valt het erg mee. Geen moment het idee dat de auto niet in control is. Als we halverwege zijn zien we een caravan op zijn kant liggen, met de kont van de auto in de lucht. Oeps, tja het kan ook mis gaan... Als we even uitstappen om een foto te maken, is het letterlijk adembenemend. We kunnen bijna niet tegen de wind inlopen, zigzaggend klunen we terug naar Brutus. En zo krijgen we toch nog avontuur op onze saaie doorrij-dag. ‘Be carefull what you ask for, you might get it’.
Rond het middaguur zijn we bij de ander kant van de pont. We kunnen zonder problemen de overkant zien, daar stonden we gisteren. Het is maar zo’n klein stukje varen…. Bij de pont staan een aantal Duitsers met caravans geparkeerd. Hier gestrand waarschijnlijk, ze kunnen geen kant op. Maar wij hebben Brutus. Tijd voor een kopje koffie.
We rijden langs Zadar, laten de prachtige binnenstad links liggen (cruiseschip-haven), maar zoeken in een buitenwijk wel een eettentje. Vinden een prima tentje waar we een giga-hamburger en een broodje kebap eten.
We koersen naar Pula, als we de weer-app mogen geloven laten we de storm en de regen dan achter ons. En zo is het. We bewonderen het oude amfitheater en lopen een rondje door de stad. Ook hier veel beelden met helden uit de communistische tijd. Je kan zeggen wat je wil, maar hier wel ook vrouwelijke helden op sokkels. Kom daar maar eens om in Nederland. We rijden een stukje tegen de richting in om Brutus mooi in het schilderij te laten passen.
We merken dat we steeds dichter bij huis komen: de wegen worden breder, de bermen zijn gemaaid, er zijn reflectorpaaltjes. De rotondes zijn versierd met moderne kunst, of aangelegd door een hovenier. De huizen worden groter, de prijzen stijgen. Het wordt allemaal ‘netter’. En is het daarmee ook leuker? Filosofische kwestie, waar we ons maar niet aan wagen. Wij vinden dat minder aangeharkte voor de vakantie absoluut leuker… Maar ja, wij hebben makkelijk praten.
Daarna vinden we het bij-de-boer-mini-campinkje dat in de 4x4-app wordt aanbevolen. Prachtig plekje, zonnetje schijnt, blauwe lucht. Eerst maar eens een uurtje liggen, want zo’n nacht weinig slaap hakt erin.
Rond acht uur besluiten we toch ons warme bed te verlaten om wentelteefjes te bakken. Zo’n typisch vakantiemaal. Maar buiten is het fris (rond 10 graden), en na zo’n middagdutje -met je kleren aan onder een slaapzak- komt dat extra hard aan. We eten de wentelteefjes en de warme thee binnen op de voorstoelen. Het is niet echt uit te leggen, waarom we dit veel leuker vinden dan een luxe vakantiehuis…. Door de voorruit zien we een prachtige zonsondergang. Tja, dan kun je niet anders dan neuriën: ‘I can see paradise by the dashboard light, do you love me? Do you love me forever?’
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Maandag 13 mei
Storm
We starten de dag met een heerlijke warme douche en een dashboard-ontbijt. Het doet denken aan Noorwegen. Maar als we wegrijden is het redelijk droog. We worden gewaarschuwd voor slecht weer, maar voorlopig drupt het alleen een beetje. We besluiten onze activiteiten aan te passen aan het weer. Als het hondenweer is, rijden we over de snelste weg naar het Noorden, dat moet er tenslotte ook een keer van komen. En als het weer redelijk is doen we een uitstapje. In de ochtend bezoeken we twee schattige toeristvrije stadjes aan zee. Staan niet in ons boekje, en hebben ook geen haven voor cruiseschepen. De sfeer is hier mediteraan. Hoewel ons boekje rept over Italiaanse invloeden in deze streek, vinden wij het meer vergelijkbaar met Zuid-Frankrijk.
Omdat het weer nog relatief goed is, besluiten we naar Krka te rijden een natuurgebied. Als we daar aankomen blijkt dat we aan de rand moeten parkeren en er in wandelen. En inmiddels is het beloofde slechte weer toch echt gearriveerd. We besluiten nog wel op de parkeerplaats te lunchen, omdat het onderweg gekochte verse brood zo heerlijk ruikt. We rollen de luifel uit tegen de regen, maar heel aangenaam wordt het niet; jassen aan, sjaal om, jammer dat muts niet mee is. Toch is het heerlijk om een lekker stokbroodje met hagelslag te eten. Lunchen in een restaurant betekent hier direct een warme maaltijd, met pasta, pizza of veel vlees.
We houden ons aan het plan, en laten het weer onze koers bepalen: naar de snelweg. Zadar -met cruiseschiphaven- slaan we over. De snelweg stopt: keus uit twee richtingen, langs de kust of zo’n 80 km over een schiereiland, met aan het eind een ferry van ongeveer 15 minuten. We zoeken het op: de ferry gaat in het laat seizoen ongeveer ieder uur, dus dan is dat het leukst.
Het is inderdaad een prachtig eiland, zelfs in takkeweer. Als we aankomen bij de ferry, is de parkeerplaats verdacht leeg, en beukt het water tegen de kade. Het is inmiddels flink gaan stormen. Als er nog een ferry gaat, is de vraag of je in deze ruige zee wel aan boord wil. Dat is een enkele reis spugen. Vlak achter ons arriveren lokalen, die de tekst op het ticketraam wel kunnen lezen. Ons vermoeden wordt bevestigd: de ferry is geschrapt. Wat nu? Wachten tot morgenochtend? Of terug zoals we gekomen zijn? We kiezen voor het laatste: het lijkt erop dat de storm voorlopig aanhoudt, dus dan gaat ferry morgen ook niet. We keren dus terug op onze schreden. 
Halverwege staat er een slagboom op de weg: verboden in te rijden. Die stond er op de heenweg nog niet. Het is voor een brug, die op de heenweg ook vol in de wind lag. We zien andere auto’s om de slagboom heen zigzaggen, en besluiten dat ook te doen. Anders zitten we vast op de bovenste helft van dit schiereiland. Langzaam rijden we over de brug, terwijl de wind woest aan de auto trekt. Aerodynamisch is Brutus niet ideaal voor dit weer, we gokken op zijn gewicht: 3000 kg blaas je hopelijk niet zomaar van de weg…. Het gaat goed.
Het is wel een rare storm, die komt uit het noordoosten, vanaf land dus. We besluiten een camping te zoeken met een restaurant, zodat we rustig uit de wind, kou en regen kunnen eten. Het wordt een camping aan zee. Er zijn ook kamers of appartementjes. Maar dat vinden we flauw. Als we langs de vloedlijn naar Brutus teruglopen zet de wind nog een tandje bij. Spectaculair gezicht. Brutus staat goed met zijn kop in de wind, Jacco besluit gewoon in de daktent te slapen. Ik blaas een luchtbed op, en maak direct een slaapplek in de auto, nu is het even droog. Dan hoef ik straks niet te verkassen als het weer slechter wordt. Beiden liggen we lekker, maar slapen we matig: wat een geweld en kabaal.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Zondag 12 mei
Mostar
We zijn vroeg op pad. We willen graag in Mostar zijn voordat de toeristenbussen van de cruiseschepen arriveren. En voor het slechte weer losbarst. Het wordt al een paar dagen voorspeld, maar nu lijkt het toch echt te komen.
De befaamde Ottomaanse boogbrug is gemaakt rond 1600 en was in zijn tijd het toppunt van vernuft: 29 meter lang, 19 meter hoog, met maar één boog. Ik ken de brug vooral van het achtuur-journaal, toen-ie in november 1993 werd opgeblazen. Tien jaar later is de brug weer opgebouwd op basis van de oude bouwtekeningen en de brokstukken die uit de rivier gevist zijn.
Het is een mooie brug, op een prachtige plek. En ongetwijfeld van grote symbolische waarde. Voor mij is het niet zo duidelijk waarom deze (loop)brug strategisch van belang zou zijn in de oorlog: er zijn vele ander bruggen over de rivier, waar je gewoon met auto’s en ander rollend materieel overheen kunt….
Er is een mooie moskee, waar we tegen betaling in mogen. De straatjes om de brug heen zijn volledig vertouristiseerd, overal is dezelfde meuk te koop. De sfeer is anders dan in de eerdere plaatsen die we bezochten, meer turks/islamitisch: waterpijpen, baklava, koperwerk, glasmozaïek. We maken onze laatste Bosnische marken op aan een ijsje. De straten worden drukker, en het begint flink te regenen. Tijd om te gaan. 
We nemen dit keer de snelweg, en passeren voor de laatste keer een bewaakte grens, terug Kroatië (EU) in. We zetten koers naar Split. We vinden een warme, droge kroeg met goede wifi. Daar kunnen we van 14 tot 17 uur de Formule1-race in Barcelona kijken. Op de iPad, met allebei een oortje in. En ondertussen eten we een taco. We moeten blijven bestellen om onze aanwezigheid te rekken, en drank is daarvoor de meest logische keus: Gintonic en Leffe Blond. Een prima besteding van deze troosteloze zondagmiddag. Voor de vorm lopen we nog een klein blokje door Split. Het oogt hier meer mediteraan: het zou ook zo Zuid-Frankrijk of Italië kunnen zijn. Niks mis mee, maar wat is het nat en koud.
Tijd voor een slechtweerplan. We kiezen een vijfsterren-camping met 3 restaurants en goede wifi. Een camping met ANWB-sterren. Normaal een contra-indicatie, maar voor nu prima.
2 notes · View notes
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Zaterdag 11 mei
Dubrovnik
Het is een prachtig zonnige dag: de voorspellingen van heftige regen schuiven wat vooruit. Wat in het vat zit verzuurt niet. Dubrovnik ligt er prachtig bij in het zonnetje. In de file rijden we richting de oude, ommuurde stad. In het stadje is het precies zoals we al dachten: Kotor in het kwardraad. Grote groepen met name Aziatische toeristen met selfie-sticks en parasols. Pfff, we nemen wat afstand, en besluiten het als sociologisch fenomeen te observeren, en ons er niet aan te ergeren. Maar we zetten wel alle steden die per cruiseschip bereikbaar zijn op de zwarte lijst.
Ondanks alles blijft Dubrovnik prachtig. Ik was hier 33 jaar geleden ook met Neel. Voor zover mijn herinnering betrouwbaar is, lijkt de stad wat drukker, maar verder onveranderd. Wat gek is, want in de tussentijd is de volledige stad aan puin geschoten en weer opnieuw opgebouwd. In het boekje lees ik over één ontploffende granaat per twee minuten in de hoogtijdagen van de Joegoslavie-oorlog. Er is niets meer van te zien. Of het moeten de nieuwe dakpannen zijn. Ik schat dat 90% nieuw is. Grappig, later lees ik op internet dat 86% van de huizen beschadigd was, en dat de oude perzikkleurige dakpannen niet te maken waren. Daarom is er gekozen voor een rodere variant. Het stadsbestuur heeft snel na de ondertekening van de vrede besloten tot volledige herbouw, deels gefinancierd door de EU. Met als belangrijkste reden: zo snel mogelijk de inkomstenstroom van de toeristen herstellen. Dat is goed gelukt. We betalen 25 euro per persoon voor een rondwandeling over de muur, en 10 euro per uur om te parkeren. Maar we betalen het graag voor het herstel van deze prachtige stad.
Na een uur of twee, wordt de doorlopende, schuifelende file in het stadje ons teveel, en rijden we Kroatië weer uit, en Bosnië-Hercegovina in. We worden bedreven in de paspoortcontrole. We bezoeken de markt en een aantal kerken Trebinje. We lunchen op het door platanen omzoomde plein. Er wordt nog best een woordje Engels gesproken. Met het prachtige accent van een Russische KGB-spion in een Hollywoodfilm. We zoeken het nog eens op: er worden hier drie Slavische talen gesproken, die allen een Cyrillisch schrift kennen, dat hadden we al gezien op de borden. We hadden alleen bedacht dat het Russisch was. Mis. 
We kopen een sticker van het land. Tenminste dat denken we. Het blijkt dat we een sticker gekocht hebben van Servië, precies het ene oud-Joegoslavië land dat we niet bezoeken. En dat zijn ook de twee landen die tijdens de oorlog het hardst met elkaar gevochten hebben. Dus we peuteren de sticker weer van Brutus af. Gek genoeg zien we deze vlag later ook weer bij een trouwerij in het pittoreske kerkje op de heuvel. En als we in de souvenirwinkel op zoek gaan naar de juiste landensticker vinden we die niet, maar komen we wel een beeltenis tegen van Mladic. Door het tribunaal veroordeeld voor genocide, hier verkrijgbaar als held om op je jas te naaien. In ons boekje proberen we een beter beeld te krijgen van de verhouding tussen deze twee nieuwe landen en bevolkingsgroepen. Er is – ook na het lezen – voor ons geen touw aan vast te knopen: zoveel elkaar bestrijdende etnische groepen. Maar het lijkt ons dat deze Servische vlaggen in Bosnië-Hercegovina geen goed teken zijn. En misschien moeten we maar even geen landenstickers op Brutus plakken. Voor ons een toeristensouvenir, maar voor hier heeft het duidelijk een andere lading.
Nu we met andere ogen kijken, zien we veel standbeelden voor gevallenen en helden uit de eerste en tweede wereldoorlog. Maar elke verwijzing naar de laatste oorlog ontbreekt. Gek. Misschien nog te pijnlijk? En te betwist of er wel ‘helden’ zijn in deze oorlog?
We vinden vlak onder Mostar een prachtige eco-camping. De vrouw en heer des huizes zijn reuze gastvrij en komen ons heerlijke hartige zelfgebakken koekjes met kaas brengen. Dat smaakt naar meer. We vragen of ze ook een maaltijd serveren: en zo zitten we een half uurtje later achter een op hout gegrilde, verse vis uit de naastgelegen rivier.
3 notes · View notes
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Vrijdag 10 mei
Kotor
En meevallen doet het! De zon schijnt flink. We rijden naar Cetinje. Een schattig, beetje nietszeggend dorp. Het is vandaag blijkbaar marktdag. Op een centraal plein verkopen boeren uit de omgeving hun waar. Met name de enorme berg verschillende soorten zachte kaas ziet er bijzonder uit. Jacco kijkt iets te geïnteresseerd, en voor hij het weet mag hij proeven. Onze kaasliefhebber. We kopen aardbeien.
Na Cetinje rijden we naar Kotor, de mooiste stad van Montenegro, volgens het boekje.
Hiervoor moeten we een slingerweg naar beneden rijden, met meer dan 40 haarspeldbochten. Eitje voor Brutus. Het uitzicht is echter matig, er hangt een flink zwarte wolk voor. Naar mate we lager komen, wordt het uitzicht beter. En als we in Kotor aankomen, is het strak zonnig.
In de haven liggen drie gigantische cruiseschepen. Die gezamenlijk zeker 10.000 toeristen hebben uitgespuugd. Deze tsunami van cruisegangers overspoelt het prachtige oude, ommuurde stadje. Ze persen zich in groepen van dertig, voorafgegaan door een gids met een bordje ‘nr 38’, met hun oortjes in, door de smalle straatjes. Er zijn nog 2 soorten ondernemingen: horeca en souvenirwinkeltjes. En de horeca, heeft allemaal dezelfde kaart. Brrrr. Wij zijn natuurlijk ook toerist, maar hier willen we nadrukkelijk niet bij horen.
We slingeren om de klonten mensen heen, en maken wat foto’s over de hoofden heen. Al snel zijn we hier klaar mee, en vallen neer op een terras buiten de stadsmuur met een witte wijn en een gintonic. Dan is het slaperige dorp van vanmorgen met het lokale marktje veel leuker.
Na de lunch rijden we Montenegro uit, en Kroatië in. We zijn weer in de EU. Gek genoeg had Montenegro euro’s, maar is hier weer een lokale munt.
We vinden 10 kilometer voor Dubrovnik een ongeopende terrassencamping. Prachtig ding, even geen andere toeristen. Want Dubrovnik zal wel vergelijkbaar zijn met Kotor. Als de eigenaren thuiskomen, mogen we -hoewel ze nog niet open zijn- toch blijven staan. Fijn. We hangen de hangmat tussen de olijfbomen, en Jacco klust wat aan de dakkoffer. Die is wat van zijn plaats geschoven, en leggen we weer terug op zijn plek, nu met kit tussen het rubbertje. ’s Avonds lopen we de trap af naar het strand, en pakken daar nog net de zonsondergang mee.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Donderdag 9 mei
Suf en Saai
Gisterenavond tot laat genoten van Ajax op de nu.nl-blog bij het kampvuur. De teleurstelling kwam keihard binnen in de laatste minuut van de verlenging….. Wat een drama.
Het was vannacht tegen het vriespunt: de Nutella kunnen we vanochtend alleen nog in plakjes snijden. Maar in ons goede tentje, met de superslaapzakken hebben we het niet koud gehad. Voor overdag hadden we best een muts en handschoenen kunnen meenemen. Het weer is naast koud ook dicht bewolkt en grauw. Voor de foto’s is een strakblauwe lucht misschien saai, egaal grijs is ook niet alles.
We kiezen voor het eerste stuk van de route voor de kortste weg (in afstand), en de langste weg (in tijd). Het weggetje is mooi, maar we vorderen langzaam, door de kronkels. Als we later bij de doorgaande weg komen, blijft de weg mooi, en vorderen we nog steeds langzaam. Dit keer vanwege de vrachtwagens die deze route ook gebruiken. We geven een mevrouw met autopech een lift naar het volgende dorp, en doen daar direct inkopen en speuren naar een koffietent. Moeilijk kiezen want er zijn twee hippe koffietentjes tegenover elkaar. Echt waar: de ene draait ‘here comes the sun’ en bij de ander staat ‘I’am only happy when it rains’ op. We kiezen voor de laatste. Binnen is het warm en het zit vol. Wel gek: het staat hier blauw van de sigarettenrook, dat zijn we niet meer gewend.
Tegen lunchtijd arriveren we in Podgorica, door ons boekje beschreven als ‘de saaiste hoofdstad van Europa’. Het advies is om hier te gaan winkelen, dansen of een wijnproeverij te doen: de stad bekijken heeft geen zin. Wij werpen ons op lunchen en op het terug wisselen van onze overgebleven Leki’s. Het eerste is geen probleem, maar het blijkt dat Leki’s buiten Albanië niet gewisseld kunnen worden. Suf, dat hadden we even eerder moeten lezen. We hebben omgerekend nog rond 275 euro aan Leki’s. Albanië was goedkoper dan gedacht, we hebben veel wild gekampeerd, en we waren het land vrij plots uit. Wat te doen….? We zijn zo’n 40 km van de grens, en zo’n 80 km Skhodër. Terugrijden is suf en saai, maar past wel goed bij het thema van deze troosteloze dag.
We zetten een vrolijk muziekje op en rijden terug. Nu maar duimen dat er bij de grens een wisselkantoor is, en we niet helemaal terug hoeven naar Skhodër. En als dat wel moet, dat we er dan voor banksluitingstijd zijn. Onze eta is nu 16:49 uur, dat wordt krap. Er is geen wisselkantoor bij de grens. Maar we vinden wel een mannetje die voor een schappelijke wisselkoers onze leki’s om wil zetten in 260 euro. Goede deal!!
En zo staan we 4x binnen één uur in de rij voor de grens: Montenegro uit, Albanië in, Albanië uit, Montenegro weer in. Iedere douanebeambte haalt braaf alle paspoorten door de scanner, en noteert de invoer van Brutus. Ze trekken geen wenkbrauw op over deze malle uit- en inrij actie, die op de computer toch zichtbaar zou moeten zijn....
Ondertussen gaat het nog wat harder regenen. We koersen op een camping met een ‘fraai uitzicht’. Er is helemaal niemand, en het grasje is een sopveld. Wel staat er bij de parkeerplaats een kiosk, met een overdekte eettafel. Dat lijkt ons zeer geschikt. We zetten Brutus er middenvoor. Ondertussen komt het mannetje dat bij de kiosk hoort thuis. Hij is reuze aardig, natuurlijk mogen we onder het afdak zitten, we mogen ook bij hem binnen koken! Willen we geen raki? Bier dan? In ieder geval honing van één van zijn veertig volken. Wat een verschil met de Nederlandse kleine campingeigenaar eerder deze vakantie.
We koken een heerlijke garnalencurry, met warme thee en gaan met de kippen op stok. Gelukkig houden we van lezen! De voorspellingen zijn voor deze week bar en boos. Dus het kan alleen maar meevallen.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Woensdag 8 mei
Komani ferry
We staan om half 8 op, want we worden om 8 uur verwacht bij de ferry, die om 9 uur vertrekt. Onze Albert staat alweer vrolijk vissen te slachten. Een hele berg dikke, vette vissen zijn vannacht in zijn fuik gezwommen. Het is ons onduidelijk welk soort vis, maar ze smaken heerlijk!
We rijden door een tunnel, en komen dan uit op een minipleintje van ongeveer 15 bij 15 m2. Daar liggen twee ferry-boten aangemeerd. Aha, wij hebben kaartjes gekocht van the-new-kid-on-the-block. Door aan de toegangsweg kaartjes te verkopen, snoepen ze klandizie af van de boot met meer historie. Slim. En een geluk voor ons, want op één boot had niet iedereen gepast.
Op het ‘pleintje’ heerst een vrolijke chaos. Alle auto’s, campers, busjes moeten hun voertuig op deze vierkante postzegel keren om achteruit de ferry op te rijden, terwijl er steeds nieuw auto’s uit de tunnel komen. Langzaam komt de zon boven de berg uit. Het is heerlijk zonnig weer, maar wel fris. We rijden als eerste de ferry op. Op de boot zetten we thee, en ontbijten we, en slaan ondertussen de bedrijvigheid op de kade gade.  Zo handig als je alles bij hebt. Om de lokale economie nog een beetje te spekken kopen we twee bananen bij een mannetje dat langs loopt met zijn waar.
Rond 9 uur vertrekt de andere boot, maar wij wachten nog een auto die onderweg is. Rond 10 uur varen wij ook weg. Gedurende 3 uur varen we door een kloof, die ons erg doet denken aan de Noorweegse fjorden. Ook ons boekje maakt de vergelijking met de Hurtigruten. Het is een prachtige tocht en staat terecht in de Albanië top10. Soms vraag je je af of de vaarroute niet doodloopt, maar dan blijk je toch nog een hoekje om te kunnen achter een rotswand. 
Ons bootje heeft blijkbaar nog geen vaste landingsplaats in Fierzë. Daarom worden we tegen een geïmproviseerde helling aangelegd, en schept een mannetje nog even de kuil tussen de rijplank vol met grind.
Bij de lunch kijken we eens op de kaart hoe we vanmiddag onze weg vervolgen. En dan blijkt dat de route door de Albanese alpen, die we in gedachten hadden niet bestaat. Er ligt ergens van noord naar zuid een richel die ook met Brutus niet te nemen is. We schrappen dus de waterval. Maar hoe dan wel? Of we moeten onderlangs door Albanië terug naar Skodhër, of maken een oostelijke lus door Kosovo. We besluiten tot het laatste. Dan hebben we er ook weer een landvlaggetje bij op Polarsteps.
Bij de grens blijkt hier iets meer bureaucratie, we moeten een extra autoverzekering kopen, onze groene kaart is hier niet geldig. Oefenen we vast voor de grensovergangen volgend jaar, richting Mongolië is de autoverzekering ook een ding. We krijgen voor 15 euro een prachtig papier, met stempels en watermerken.
Het is wel gek om door een land te rijden dat we toch vooral van het journaal kennen van oorlog en bombardementen. We lezen nog eens na hoe dat ook alweer zat met het oude Joegoslavië. Kosovo blijkt vooral bevolkt te worden door etnisch Albanezen. Maar het heeft toch een heel andere geschiedenis dan Albanië, en het maakt ook een andere indruk. Alles lijkt hier groter, drukker en welvarender? We zien hier ook meer advertenties en westerse merken, zoals bijvoorbeeld Shell. De officiële munteenheid in Kosovo is de euro, gek want ze geen lid van de EU. We leren Kosovo niet goed kennen, want na ongeveer 100 km rijden we er weer uit, een skigebied van Montenegro in. Hoge passen, sneeuw. Veel kronkelige, steile wegen. Maar dit keer breed en voorzien van heus asfalt. Gelukkig maar, want er komt hier veel vrachtverkeer ons tegemoet.
Het wordt tijd om een overnachtingsplaats te zoeken. Google heeft geen suggesties, dus we kijken of we een overnachtingsplek zien. In het wild? Of bij een hotel op de parkeerplaats? Een vaag bordje wijst ons met een tentsymbool de weg naar een leraar Grieks, die in zijn tuin een overnachtingsplek biedt. Mooi mannetje. Weer een oude hippie? Of meer een malle Pietje? In ieder geval een vrolijk kereltje. Hij legt voor ons een vuurtje aan in een oude wasmachinetrommel. Geen overbodige luxe, we zitten nog op 1000 meter hoogte, dus het is fris. Helaas waardeloze wifi, dus Ajax live kijken gaat niet lukken.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Dinsdag 7 mei 2019
Koman
We worden wakker van de zon. Heerlijk! We doen de ochtend rustig aan. Het blijkt dat onze kookkratten vannacht nat geworden zijn. Onder de auto zetten was blijkbaar niet droog genoeg. We pakken de kratten uit en drogen de boel in het zonnetje. Na al dat gekeutel is het tijd om een plannetje te maken voor de rest van de dag.
We nemen de doorgaande weg naar Shkodër, en dan over een wit weggetje door naar Koman. De witte weggetjes zijn doorgaans slecht en staan vermeld op dangerousroads.com. Maar echt gevaarlijk vinden wij de doorgaande wegen. Je kunt daar namelijk hard rijden, maar er lopen ook mensen en dieren langs de kant van de weg, er zijn inritten van huizen en winkels en de Albanezen parkeren hun auto’s domweg op de rijbaan. Je houdt je hart vast. In alle gevallen is het cruciaal om alert te zijn.
Shkodër heeft een oud kasteel op een heuvel. Die bezoeken we eerst. Daarna wandelen we het stadje in. Ook nu weer een prettig stadje. Het is gek dat oude kerken en moskeeën ontbreken, en er uitsluitend nieuwe staan. Dat opruimen van gebedshuizen is tamelijk grondig gebeurd. Deze stad heeft volgens ons boekje veel Italiaanse invloeden. Wij -cultuurbarbaren als wij zijn- zien dat alleen terug in het aantal gelateria’s, en besluiten dat een ijsje eten nu zeer gepast is.
Dan schieten we weer terug in de tijd, naar de grootste Ottomaanse brug. Zeer waarschijnlijk de brug die we van internet geplukt hebben voor de openingspagina van wijzijnopreis. We maken weer veel te veel foto’s vanuit diverse perspectieven. 
Voor we het binnenland in gaan, gooien we Brutus nog maar eens vol. De pomp hier is geen zelfbediening, en het mannetje schenkt ‘m vol tot 14.700 lek. Prima, we geven 15.000 lek, dan is de fooi ook gelijk geregeld. Maar nee, het mannetje staat erop om de 300 lek terug te geven. Die ervaring hebben we steeds. Als toerist word je vriendelijk ontvangen, en beslist niet behandeld als wandelende portemonnee. Volgens de boekjes heeft de Albanese regering de grootste moeite met het onder controle krijgen van het grijze circuit: de maffia, de hennepteelt en de vrouwenhandel. In het dagelijkse toeristenleven merken wij daar helemaal niets van. Wij komen uitsluitend welwillende, behulpzame en aardige Albanezen tegen.
Door naar Koman. Terecht een wit weggetje: 80 kilometer lang met meer kuilen dan asfalt, en geen recht stuk te bekennen. Leuk om te rijden en met een prachtig uitzicht op het Komani stuwmeer. We willen vanuit Koman graag de ferry nemen door een smalle canyon naar Fierzë. Dit tochtje staat in de top10-todo’s van ons boekje. Maar we komen pas rond 19 uur in Koman aan, zegt de TomTom. Het is de vraag of we dan nog kaartjes kunnen kopen. De boot waar een auto op kan gaat 1x per dag om 9 uur ’s ochtends…
We maken ons zorgen om niets: als we Koman inrijden staat er jongen in een geel hesje op de weg, kaartjes voor de ferry te verkopen. We rijden rechtstreeks door naar een natuurcamping, waar eigenaar Albert net een grote verse vis vangt in de rivier. In de barbecue brandt het houtvuur. Geen twijfel mogelijk: we gaan in zijn restaurantje vis eten!
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Maandag 6 mei
Tirana
We staan om 8 uur op, als het net droog is. Aan de overkant van het meer schijnt de zon, dus besluiten later te ontbijten. Brutus rijdt zonder problemen door de zomp omhoog. Na opnieuw een soepele douane-passage terug Albanië in, vinden we de Ottomaanse brug, onze eerste stop. We rijden door woeste natuurgebieden, waar ook beren, wolven en lynxen wonen. Die zouden we natuurlijk graag zien, vanaf ons kampeerdakje. Maar de kans is hierop erg klein. Wel een fijn idee om zo hoog te slapen.
Vanwege het matige weer besluiten we de doorgaande weg te nemen naar Tirana. We drinken thee en koffie in een stadje onderweg. Lekker warm binnen. Het is maandag 11 uur ’s ochtends, en een drukte van belang. Veel locals verkopen hun groenten en fruit langs de straten, en verder drentelt iedereen heen en weer of zit op het terras.
Onderweg komen we een aantal éénpersoonsbunkertjes tegen. Door het communistische regiem zijn er bijna 200.000 van die dingen op strategische plekken ingegraven. Dit om controle te kunnen houden op alle belangrijke wegen in Albanië. Omdat de bunkertjes zo stevig zijn, nam niemand de moeite ze weer op te ruimen, nu ze niet meer nodig zijn. Maar inmiddels is het staal in de bunkers zoveel waard dat er een hoop met explosieven worden opgeblazen. In Tirana gaan we naar de grote ondergrondse bunker, die is ingericht met een tentoonstelling over de Sigurimi (de lokale KGB). Dat is geen kattenpis, wat een onderdrukking van het volk, vanaf WO-II tot aan begin jaren negentig…. Nog maar zo kortgeleden.
We dwalen over het grote plein en door de grote en kleine straten van de stad. Vrijwel alle kerken en moskeeën zijn in de jaren zestig gesloopt. Er worden nu weer nieuwe gebouwd. We drinken een gintonic en een biertje op een terras (proost op Chiel’s verjaardag). Alle hoogtepunten van de stad passen op één foto. De klokkentoren, de oude moskee, het plein en het standbeeld.... Het standbeeld is van een knakker op een paard. Vroeger stond hier Stalin. 
Veel gebouwen zijn in felle kleuren geschilderd. Dat vrolijkt dat zaak lekker op. In de straten zie je terug dat de bevolking vooral de kost verdient in de kleinschalige akkerbouw: overal staan stalletjes of kratjes met groenten, fruit en kruiden. De elektriciteitsvoorziening is interessant geregeld: overal palen met een spaghetti van snoeren... Het is een leuke stad, maar in één dag hebben wij het ook wel weer gezien.
We rijden naar onze eerste officiële camping in Albanië, 10 km buiten Tirana aan een meertje. Prachtig plekje. Fijn om weer een keer te douchen!
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Zondag 5 mei
Kort lusje Noord-Macedonië
De voorspellingen voor vandaag zijn slecht: veel regen en we zien de wolken tegen de bergen plakken. De bergen waar wij in willen. Niet dé ideale dag voor het rijden van de SH75. Dit is een slecht onderhouden weg dwars door de bergen. Met prachtige uitzichten, maar ja, in de wolken valt er niet zoveel uit te zien. Al leerden we van een Noorse fotograaf in een eerdere vakantie, dat er niets zo saai is voor de foto als een strakke blauwe lucht. Mooie wolken zijn veel beter. Hier houden we ons aan vast! We gaan op pad, en daar hebben we geen spijt van. Het valt reuze mee, er valt een flinke bui met wat onweer. Maar echt slecht weer kun je het niet noemen. Her en der zelfs een zonnetje. En… prachtige wolkpartijen. Ook de weg is prima te doen. Tuurlijk: bochtig, smal, steil en met gaten erin. Her en der een stukje weg weggeslagen, en een omgekrulde vangrail. Maar uitstekend te rijden. Belangrijke les van onze off-road training is om in scherpe, steile bochten niet te ontkoppelen. Zorg dat je in de tweede versnelling rijdt, dan houd je het 3000 kg zware beest goed onder controle, remt-ie op de motor. De officiële maximumsnelheid is voor het overgrote deel van de route 30 km per uur. Heel veel sneller wil je ook niet.
Langs de weg staan allerhande monumentjes. Sommige lijken vooral christelijke heiligenbeelden, zoals we ook in Limburg hebben. Anderen vermelden een foto en een geboorte- en sterfdatum. Zouden dat allemaal omgekomen weggebruikers zijn? Dat geeft te denken over de route, want we tellen tientallen monumentjes, de één nog fraaier dan de andere.
Na een paar uur gezellig sturen, en een espressopauze bij een camping in de bergen, komen we aan in Korcë. Een prachtig, relaxt stadje. Ook hier wordt volop geklust aan het oude centrum, gefinancierd door de Unesco? Albanië is volgens ons boekje een arm land, die het vooral moet hebben van agrarische producten. Onderweg maken het land en de inwoners op ons geen armoedige indruk. Het geheel oogt eerder westers dan communistisch of islamitisch. Ook van de ramadan die vandaag begonnen is, zien we in Korcë niets terug. Alle restaurantjes zijn open. Opvallend veel Albanezen spreken een woordje Engels, en de menu’s laten Griekse (moussaka, köfte) en Italiaanse (pizza, anti-pasti) invloeden zien. Het lijkt erop dat het land zijn kaarten succesvol zet op toerisme? Hoe dan ook, het is een plezierig land om in te reizen. We lunchen uitgebreid, zodat we vanavond kunnen volstaan met een bammetje.
Na Korcë rijden we door naar de meren: Perspa en Orhid. Voor de doorsteek die we in gedachten hebben, moeten we een lusje maken door Macedonië. Wel leuk, krijgen we er van Polarsteps weer een nieuw landenvlaggetje bij. Sowieso is het goed landen scoren deze vakantie. Nadeel is wel dat ons Albanese simkaartje hier niet werkt, dus we kunnen pas morgen de website weer bijwerken.
Via de 4x4 community vinden we wederom een prachtige wild-kampeerplek, met uitzicht op het Orhid meer. In het wild komt het Brutus-comfort het best tot zijn recht. We rijden hiervoor wel door dikke vette klei naar beneden. Hopelijk wordt het vannacht niet zo nat, dat we morgen niet meer mee om hoog komen. 
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Zaterdag 4 mei
Fire is good for the zool (old Tasmanian wisdom)
We staan op bij de komst van de eerste toeristenbussen. Het is blijkbaar schoolreisjes-seizoen. In no-time staan de pubers Brutus te bewonderen, ipv het blauwe oog. Of ze achter het stuur mogen, en dan een foto maken. Tuurlijk mag dat.
En dan is het tijd om door te reizen. We gaan richting het kasteel van Gjirokastër. Een mooi oud kasteel, vol met kanonnen. De geschiedenis van Albanië is voor ons niet zo eenvoudig te volgen. Ze waren onderdeel van het Ottomaanse rijk, maar Julius Ceasar heeft hier ook rondgestampt, evenals Napoleon. Italië heeft de boel bezet, net als de Grieken. De Albanezen hebben tijdens de tweede wereldoorlog (en daarvoor ook al?) samengewerkt met de Engelsen. Na WO-II communistisch onder Russische invloed, later ingeruild voor Chinese bemoeienis en weer in de steek gelaten….. Zoiets dus. De korte versie, we zijn vast nog een handvol bezetters vergeten. En in dit kasteel zat een pasja, die geholpen met Engelse kanonnen het fort bewaakte. Mooi ding, dat kasteel. Op een mooie plek ook.
Volgende stop is van de asfaltweg af, een Nationaal Park in. Daar vinden we, naast een prachtige Ottomaanse brug, een thermaal bad. De zwavelhoudende dampen zweven ons tegemoet. Heerlijk warm, terwijl de temperatuur buiten fris is. We plonzen erin. En raken in gesprek met Belgen, die zojuist een tocht gemaakt hebben door de rivier, naar een tweede thermaal bad, en een nauwe canyon. Dat klinkt goed. Het is nu 16 uur, hebben we hier nog tijd voor? Of is morgenochtend handiger? De weersverwachting geeft de doorslag. Vanavond 30% kans op weinig regen, tegen morgenochtend 80% kans op veel regen.
We hebben niet echt waterschoenen, en besluiten onze gymschoenen te offeren. We klauteren langs de bedding en door de rivier de steeds smaller wordende kloof in. We schatten de muren zo’n 100 meter hoog. Een prachtige tocht. Na vijf kwartier is de rivier zo diep dat we alleen zwemmend verder kunnen: we besluiten om te keren. Er staan ook wel tien steenmannetjes, dus waarschijnlijk is dit ook het eind van de route.
Het rivierwater is niet ijskoud, maar echt heel warm word je van de nattigheid niet. We warmen ons nogmaals op in het laatste, knalblauwe thermale bad. Wat een belevenis.
Als we terug zijn bij de auto is het 19 uur. Ik maak een pan nasi met pindasaus, en Jacco legt een kampvuur aan. Onze schoenen staan te dampen bij het vuur. En wij zitten er knus bij te genieten. Het doet ons denken aan een avond in de woestijn van Australië, met Tasmanian reisgenoten bij het kampvuur, en hun belangrijke levensles: ‘Fire is good for the zool’.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Vrijdag 3 mei
Bijna in Griekenland
Heerlijk geslapen. We ontwaken met stralend weer en uitzicht op de zee. Terwijl we ontbijten doet een stel yoga-oefeningen aan de vloedlijn. Ik doe tegenwoordig aan pilates, en herken de ‘kraanvogel’. We schieten de lach als ze de ‘downwards dog’ doen. We zien alleen een dubbel setje witte billen omhoog afsteken tegen de blauwe zee. Ik ben net te laat voor deze compromitterende foto, maar met een beetje inlevingsvermogen zie je het voor je.
Na het ontbijt besluiten we de kloof in de wandelen/klauteren. Een mooi pad. Na enig geklauter komen we bij een punt waarop onze spierkracht, lenigheid en motivatie tekort schiet. Er hangt een touw, maar het lukt ons evengoed niet dit obstakel te nemen. We keren dus weer om.
Terug bij Brutus, kijken we ietwat zenuwachtig hoe onze ‘rode’ buren de terugweg omhoog aanvaarden. Het is pittig steil en met veel keien en kuilen. Je hebt niet veel ruimte voor het maken van een vergissing, zeker het onderste stuk rijd je aan de rand van de afgrond. Het is de kunst om in zijn lowgear tweede versnelling te blijven rijden. Dus gas blijven geven, niet remmen, niet stilstaan, en helemaal niet ontkoppelen. Ook Jacco -de onverschrokken terreinrijder- heeft het zweet in zijn handen staan.
Maar het gaat boven verwachting eenvoudig. Jacco blijft gas geven, en Brutus vreet zich tergend langzaam, maar gestaag een weg over de keien omhoog. Ook de scherpe bocht gaat in een keer goed. Briljante stuurmanskunst, briljante kar.
In de auto hotseklotsen we alle kanten op. Maar gaaf! Hiervoor hebben we dit stoere bakbeest gekocht. Bovenaan het rotspad de welverdiende highfive, en een controle van de banden.
Helaas heb ik in plaats van mooie filmpjes alleen foto’s gemaakt. Verkeerde knopje. Toch iets te stressvol, en te weinig zicht op wat ik aan het doen was. Jammer. Maar om Joost te citeren ‘we onthouden het wel in ons hoofd’.
We rijden zuidelijker dan we willen, richting Sarandë. Maar vanaf hier naar het oosten doorsteken kan niet: er liggen bergen tussen. En als we dan toch bijna in Griekenland zijn, besluiten we ook nog een lusje om te rijden langs Butrint. Dé archeologisch opgraving van Albanië. ‘Less is more’ bewijst zich hier maar weer eens. Deze opgraving is nog geen tiende van Pompeï. Maar het maakt op ons net zoveel indruk. Het ligt prachtig op een schiereiland, omringt door water, midden in het bos. Dat had Julius Ceasar goed gezien.
We zijn alweer halverwege onze reis, dus het wordt nu echt tijd om het steven te wenden. Nee, we tikken dus niet ook nog even Griekenland aan, nu we er toch zijn. En nee, we nemen ook niet de boot naar Corfu. Als is de verleiding groot: we draaien het stuur en zetten koers naar het noorden.
We bekijken ‘blue eye’; een diepe onderwater bron, die zorgt voor een zwarte ‘pupil’ met daar omheen knalblauw water. We besluiten dat dit ook een prima plekje is om te overnachten. We wachten kalm tot alle toeristen zijn verdwenen, en wij overblijven met een Duits camperbusje, die hetzelfde plan heeft opgevat.
Een beheerderachtig-mannetje dat het terras aanveegt, komt uiterst vriendelijk vragen of we hier blijven overnachten. En of we hem dan een euro willen geven. Dat lijkt ons een prima deal.
En zo staan we weer op een prachtig plekje, dit keer naast het kabbelende knalblauwe water.
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Donderdag 2 mei
Hippies op leeftijd
Na een relaxte oversteek, varen we stipt om 7 uur de haven van Vlorë binnen. We hebben uitstekend geslapen, en Jacco is zelfs niet een klein beetje misselijk geweest. Zonder problemen rijden we van boord en passeren we de douane.
We hebben drie missies voor we verder Albanië in rijden, die we in de juiste volgorde moeten afhandelen. Let halen staat op nummer 1. Dat is toch leuk van de EU verlaten, dat je weer geld in een andere munteenheid uit de muur moet trekken. 100 Lek is ongeveer 8 euro. En we hebben veel cash nodig, want er wordt hier weinig tot niets met een kaart betaald. Check. Dan kunnen we de eerste Lek direct uitgeven aan ‘feeding the beast’. De diesel is hier goedkoper dan in de EU, maar met honderd liter tegelijk loopt het in de tienduizenden leki’s. En onze laatste -maar niet minder belangrijke- missie is het veroveren van een lokale simkaart, zodat we kunnen blijven internetten. We vinden de Vodafone winkel, maar 7:30 uur is wat aan de vroege kant. Tijd voor een kopje koffie op een terras om de hoek, want die zijn gewoon open. Om 8 uur (sic!) hebben we ook missie drie volbracht, en dan kunnen we door naar het volgende level.
Bij de bakker kopen we vers brood, en proberen we ons vakantieboekjes-Albanees ‘faleminderit’ (dank je wel) en ‘marupafshim’ (goede dag). Dat leidt tot een meewarige glimlach van de bakkersdame, die ons met een vrolijk ‘goodbye’ uitzwaait. 
We parkeren Brutus vlakbij het centrum van de stad. We bewonderen het sterk socialistische onafhankelijkheidsbeeld en de oude moskee. In Albanië is 70% van de bevolking islamitisch, dus de overdosis Italiaanse kerken laten we definitief achter ons. In het straatbeeld merk je er weinig van: geen vrouwen met hoofddoeken of mannen met jurken. Misschien komt dat omdat de communistische regering in de jaren zestig Albanië tot het eerste atheïstische land verklaarde? Kerken en moskeeën werden afgebroken of omgebouwd tot sporthallen en winkels. En inderdaad, als we door een raampje een moskee in kijken, staat daar een wasmachine….  We zijn benieuwd: dit weekend begint de ramadan. In Marokko was vorig jaar alles potdicht, eens kijken hoe dat hier werkt.
We rijden naar het zuiden: hier is een interessant National Park, en Jacco heeft in de online landrover-community gelezen dat hier een pittig 4x4 weggetje ‘hardcore offroad, with no way to pass or turn’ afdaalt, naar een idylisch, hippie-achtige baai. Bij het begin van het weggetje, staan we naast Brutus wat te aarzelen. Het is wel een heel slecht pad, steil, maar vooral met enorme keien en kuilen. Er komt een oud vrouwtje aan, die gebaart dat het geen enkel probleem is, dat we hier precies de goede kar voor hebben. Tenminste dat begrijpen we eruit, en dat is precies de aansporing die we nodig hebben. We zetten Brutus in low-gear en kachelen langzaam naar beneden. Het is onvoorstelbaar hoe makkelijk hij zich over de rotsen en door de kuilen trekt, en hoe goed ie remt op zijn motor. Jacco is de coole chauffeur, en ik spring wat voor de auto uit, om te wijzen op de ergste keien, en her en der een filmpje/fotootje te maken.  
Langzaam maar zeker komt het strand in zicht. Wat een gave plek!! Er zijn niet veel mensen: een aantal wandelaars (je kunt ook door een kloof afdalen naar beneden) en nog drie 4x4’s. Het is strak zonnig, hier gaan we vanmiddag doen alsof het vakantie is. En hier blijven we ook slapen. We binden de hangmat aan de boom, en leggen de douchezak in het zonnetje. Na het zwemmen verzinnen we een constructie met de douchezak hoog in de ladder: zodat we ook echt kunnen douchen, en zelfs ons haren wassen met heerlijk warm water.
We sluiten naadloos aan bij de hippie-community die hier een mini-ecocampinkje verzorgt. Je zou het ook sneu kunnen noemen: deze twee hippies op leeftijd in hun defender: te oud en ook nog te laat geboren. Maar daar trekken we ons niets van aan! We genieten van het primitieve gepruts op het strand en de goede ‘vibe’ van deze plek. 
1 note · View note
albania-2019 · 5 years
Photo
Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media Tumblr media
Woensdag 1 mei
Laatste dag Italië
We staan op deze stralende dag vrolijk op. Gisteren heeft Ajax met 1-0 gewonnen van Tottingham. Het blijft bijzonder dat je dat gewoon in je tent op het dak op je mobiel kunt bekijken. We ontbijten in het zonnetje, en bedenken dat we al meer dan 1 week geleden de luifel nat hebben ingevouwen. Hoogste tijd om die te drogen. Ook maken we de ruiten van Brutus maar weer eens insectvrij. De onvolprezen aerodynamisch vormgeving van de Landrover, zuigt de beestjes naar een snelle, wisse dood….
We rijden richting Brindisi, en maken een stop in Alberobello. In dat stadje zijn we eerder geweest, maar de Trulli met hun koddige puntdakjes blijven bijzonder. De wegen worden steeds Zuid-Italiaanser. De weg naar Brindisi heeft iemand zich toegelegd op het quilten met asfalt. Dat resulteert in een enorme lappendeken van asfaltreparaties, die overigens lang niet alle gaten afdekken. Gelukkig kan Brutus wel tegen een stootje.
Dan nog een stop in Cisternino. Een mooi wit stadje. We bedenken dat dit ons laatste dagje Italië is, en dat het natuurlijk een waardige afsluiting is om dat met een Italiaanse uitgebreide lunch te vieren. We vinden een geweldig tentje, met een goed uitzicht en een nog betere kaart.
We zijn ruim op tijd bij de haven. We installeren ons op het parkeerterrein, en doen wat achterstallige klusjes: de dakkoffer in het vet zetten, wat mail weg werken. We eten een eenvoudige broodmaaltijd. Allemaal heerlijk in het zonnetje. Het haventerrein, is zoals vaak, een rommelige toestand. We slagen er  eenvoudig in om onze online reservering om te zetten in fysieke kaartjes. Inmiddels is het rond 22 uur, en zouden we moeten kunnen boarden. We zien nog niet veel beweging, en het bootje dat er ligt, lijkt wel heel klein. Afijn, het komt vast goed. We hebben een hut met bed gereserveerd, Jacco heeft voor noodgevallen de opvouwbare afwasteil bij zich gestoken en morgen rond 7 uur zijn we in Vlorë, Albanië.
1 note · View note