Tumgik
elwinko68 · 4 years
Text
Invliegen
“Ja joh, het was heerlijk aan de Algarve, prachtige plek op de camping, mooi weer, zon, zee, lekker eten...” je kent het wel...vakantiepraat. Helemaal prima natuurlijk, mensen zijn er even lekker tussenuit en genieten van de ontspanning. Maar het valt mij op dat er met regelmaat een vakantie-verteller begint over het “invliegen” van een persoon, meestal een kind of een man met een oh zo drukke baan.... Zo van; “ja, het was heerlijk en na twee weken vloog Melanie ook nog voor vijf daagjes in”... van zo’n uitspraak krijg ik accuut uitslag... Melanie is dan de dochter die een week bij paps en mams in de tent komt liggen, de koelkast leegdrinkt en de hele week op haar telefoon kijkt. Normaliter wordt “invliegen” gebruikt om enige vorm van noodzaak of importantie aan te geven, bijvoorbeeld een specialistisch stuk gereedschap dat wordt “ingevlogen” uit Tokyo om een machine in Reetketelpikkemeschans weer aan de praat te krijgen... of iemand die al jaren wacht op een donororgaan en uiteindelijk wordt bediend met een “ingevlogen” long uit Noorwegen. En ook de bijbehorend en uiterst gespecialiseerde longarts uit Oslo zit op deze vlucht. Kortom, bij invliegen hoort een klank van importantie, het is geoorloofd om tienduizend liter kerosine per uur te verstoken om iets of iemand van A naar B te krijgen... Maar los van het onjuiste gebruik, krijg ik vooral jeuk van het ogenschijnlijk nonchalante etalagegedrag van sommige figuren... dat dochterlief bij wijze van spreken als luxeartikel, een soort icing on the cake, nog even aansluit. Zij rijdt dan niet het hele tyfuseind ordinair achterin mee, maar wordt even “ingevlogen”, hé-le-maal kak! Invliegen krijgt zo een nare connotatie en het gebruik ervan heeft dan alle schijn van onhandig bralgedrag, niet doen!! Overigens is het tegengestelde juist van toepassing; vliegen raakt zo langzamerhand zwaar uit de mode, niet duurzaam, belast het milieu onevenredig, twijfelachtige staatssteun, etc, etc... Gewoon zeggen dat Melanie ook nog een weekje is geweest en dat het heel gezellig was, is voldoende... Kunnen we dit de komende tijd alsjeblieft een beetje in de gaten houden?
1 note · View note
elwinko68 · 9 years
Text
Waar was jij?
We waren op Bali, ik lag op mijn rug op een strandbedje en had nog lichtjes last van mijn buik. Een paar dagen eerder ergens iets gegeten waar mijn maag en darmen heftig op reageerden. Je voelt je dan wat rottig, maar het goede nieuws is dat je afweersysteem goed functioneert. Ik dacht dat Melvyn, een leuke gast waar ik altijd veel lol mee heb, aan mijn bedje stond te rammelen. Zo aan het hoofdeinde optillen en wat heen en weer schudden. “Hé Melvyn, kappen man”! Automatisch kwam ik omhoog en keek om, geen Melvyn… Het was een aardbeving, ik zag het gebouw dat langs de strandboulevard stond eventjes heftig trillen, dakpannen vielen naar beneden en in het barretje aan de straatkant vielen wat flessen stuk. Er was wat gegil en toen was het weer over, al met al misschien drie seconden. Verbijsterd keek ik naar mijn vrienden die samen naast de strandtent aan een tafeltje zaten. “Maken we nou gewoon een aardbeving mee?” Yep! Licht apathisch keken we elkaar aan, wat doe je op zo'n moment? Bestel je direct 20 bier, moet je van van angst naar het toilet, of zeg je “waar zullen we eens eten vanavond”, alsof er niets is gebeurd? Ik kan je verzekeren, geen van allen, het gaat de komende uren alleen over de aardbeving, iedereen heeft het erover en bij iedereen geldt een poosje later; waar was jij tijdens de aardbeving en wat deed je?
Waar waren we tijdens de aardbeving van drie dagen geleden en wat deden we toen? Hen en ik hadden bonte avond, drie weken Japan zaten erop en de morgen moesten we vroeg op om naar het vliegveld te gaan. Om de zaak in stijl af te sluiten besloten we om in een lekker vet restaurant te gaan dineren, we gaan nog even de bloemetjes buiten zetten. In Tokyo doe je dat op de 42e verdieping van een of ander gebouw… dik eten met dik uitzicht, pianist erbij, plaatje compleet, topafsluiting! Daar waren we dus…
We zitten aan de tweede gang wanneer het hele restaurant aan de wandel lijkt te gaan. De zaak gaat helemaal heen en weer, een laag kastje met flessen drank erop schuift 20cm opzij om vervolgens weer terug te schuiven, en dat een paar keer. We voelen dat we met z'n allen heen en weer bewegen, van trillen is geen sprake. We beseffen direct wat er loos is, een quake! Om ons heen zijn er alerte Japanners die direct de omgeving scannen waar ze naartoe kunnen, onder tafel of onder een deurpost, maar geen een voegt daad bij woord. Iedereen heeft grote ogen. Na een seconde op vier zegt Hen; “wil je mijn hand vasthouden?” Ik kijk haar aan en ja natuurlijk wil ik dat, ik denk niet dat het veel zal helpen, maar besef ook dat ze daarom de vraag niet stelt. Hand in hand zitten we nog drie á vier seconden in een soort rare turbulentie wanneer het over is… Iedereen kijkt elkaar van; fuck, gaan we een keer op hoogte eten, krijgen we een aardbeving, de schrik zit erin. Bij mij wekt het een soort lacherige reactie op en ik zeg tegen Hen: “nah ja, als we gaan, gaan we goed”. Zal ook wel een uiting van schrik zijn, maar ik kan er niets aan doen, ik moet gewoon lachen. De ober daarentegen niet, met grote adrenaline-ogen rent hij naar zijn buitenlandse gasten en verzekerd ons in knap Engels; “this is very safety building!” Ik kijk hem aan, knik en lach en denk; nou knul, zo kijk je niet, je schijt peuken! We beseffen ons dat we iets unieks hebben meegemaakt. De Japanse engineering heeft ervoor gezorgd dat dit gebouw niet als een kaartenhuis in elkaar is gedonderd, maar meebeweegt. Hoe dit technisch in elkaar steekt en wat de limieten bijvoorbeeld zijn weet ik niet, maar we gingen behoorlijk heen en weer. Ik vraag dit binnenkort aan architectenvrienden die daar mogelijk een antwoord op hebben.
Maar ook dan gaat het leven verder, ook op de 42e verdieping in een fancy restaurant. Iedereen kijkt elkaar aan en evalueert de gebeurtenis, alle gasten hebben ineens een band. Waar was jij tijdens de aardbeving van 30 mei 2015? Ik zat in een duur restaurant op de 42e verdieping en denk nog steeds, een betere plek is er toch niet? Je zal maar net zitten te kleien bij de lokale V&D en de boel stort in, klinkt toch anders! We eten verder en ook de pianist gaat maar door en begint aan een nieuw nummer. Ook de chef kookt verder, maar de gastheer is driftig aan bellen. Mogelijk of hij wel of niet tot evacuatie moet overgaan. Als ook hij na een half uurtje weer rustig ademhaalt en wij nog een wijntje krijgen, is de beving passé.
Tot het moment dat we om de rekening vragen; er moet naast afrekenen duidelijk nog een ander verhaal verteld worden. Met veel “excuse us"en “solly” komt het er uit; we moeten de eerste twaalf verdiepingen naar beneden lopen, de liften weigeren dienst sinds de beving, vanaf de 30e kunnen we weer in een andere lift stappen. Er wordt ons vriendelijk verzocht te wachten bij de balie want nog twee mensen nemen afscheid. In convooi worden we door de catacomben van het restaurant naar een trappenhuis en twaalf verdiepingen naar beneden geloodst. Bij de lift wordt weer meerder malen gebogen en klinkt weer meerdere keren “solly, solly”… alsof zij er iets aan kunnen doen!? In de lift vraagt de man waar we vandaan komen en meldt dat hij al zijn hele leven in Tokyo woont, maar nog nooit op hoogte een beving heeft meegemaakt. Wij zijn er net drie weken en kunnen hem al afvinken van de lijst, lachen toch.
Altijd goed om te onthouden, waar was jij toen er …..
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Een andere vlag
De twee hoekstenen van de Japanse samenleving zijn rijst en groene thee. Rijst is een basisbehoefte zoals bij ons brood en aardappelen, ze eten het elke dag en bij elke maaltijd. Wat doorvragen leert dat er door de jaren heen echter minder rijst wordt geproduceerd omdat nieuwe generaties meer behoefte aan afwisseling krijgen. Ze verbouwen daarom veelal nog maar één keer per jaar en niet twee keer. Groene thee daarentegen is onverminderd populair en is het Japanse levensvocht in optima forma. Je kunt er hier niet aan ontsnappen, overal is groene thee. Gewoon, warme groene thee, koude groene thee, groene thee ijs, groene thee zout, sushi met groene thee, groene thee tiramisu, groene thee mousse, groene thee cake, groene thee zeep, groene thee shampoo and so on, de lijst lijkt oneindig. Ik hou wel van groene thee, het is goed voor de dorst en het drinkt makkelijk weg. Maar er gaat hier geen dag voorbij dat je geen groene thee binnenkrijgt en ze zijn er ook allemaal even trots op, een dag zonder groene thee, is een dag niet geleefd, helemaal gestoord wordt je er van. Elke ober of uitbater van een B&B voorziet ons telkens weer van een uitleg dat ergens groene thee in zit, alsof het een wereldwonder is. Ik weet het nu wel, jullie zijn dol op groene thee en jullie kunnen er van alles mee. Ik snap niet dat ze het niet roken of er bier van maken, maar wie weet lopen we daar morgen tegenaan. Als ze hier aan Sinterklaas zouden doen, zou er geen Pietendiscussie zijn, die zouden ze allemaal groen schilderen met groene thee verf. Ik krijg langzaam de balen van die groene thee en wil nu wel eens bruine koffie! Ze hebben wel koffie, maar veelal van die slappe filterbende. Wanneer je er om vraagt, kijken ze je eerst vragend en teleurgesteld aan en omdat het echt moet, komt er dan een soort woord uit dat op koffie moet lijken... Fonetisch klink het een beetje als "kghohi?" Wanneer je dan voor de grap zegt "no, I'm kidding, green tea please" klaren ze in no time op, met een lach op het gezicht en opgelucht dat ze toch te maken hebben met een verstandige klant. We zitten dus vast aan de Starbucks en wat tentjes die er op lijken voor een fatsoenlijk bakkie hartverzakking. Om er toch een beetje de lol in te houden begin ik er ook al de draak mee te steken. Wanneer ik bij mijn dessert van groene thee ijs en groene thee cake, bij wijze herkenning, net iets sneller dan Niko Nakamishi zeg: "green tea ice?", krijg ik een dankbare blik terug, een kenner. Maar hij toept direct over; "Yes, gleen tea ice, bat olso gleen tea cake!" Ik beantwoord dan weer met een verbazende klank en opgetrokken wenkbrauwen tijdens mijn herhaling, "ahhh, green tea cake as well?" "Yèèès, gleen tea cake as well!! Tsjongejonge, dat had ik niet gedacht zeg... en in het kopje zit zeker groene thee? Maar waar ik het plakje cake aan prik noemen we nog wel gewoon een vorkje toch? Misschien een rare suggestie, maar waarom niet een verandering van de nationale vlag? Geen witte vlag met een rode bol, maar een witte vlag met een groene bol. Niet het land van de rijzende zon, maar het land van rijst en groene thee. Nog vijf dagen en dan weer elke dag espresso!
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Shabu-Shabu
Een Engelse filosoof zei ooit: alleen de grond waarop we lopen is in Japan hetzelfde als bij ons, voor de rest is alles anders. Dat gaat hier inderdaad voor veel dingen op, maar zeker voor de Japanse keuken. Zoveel onverwachte smaken en verrassingen, je valt van de ene verbazing in de andere. Ik hou erg van koken, ik maak er ook erg graag werk van, maar wat ik hier meemaak is buitenaards, het is een compleet andere wereld en soms is het kunst.
Thuis ben ik niet altijd even dol op Japans eten en ik was al een poosje helemaal klaar met de sushi-tenten zoals Shabu-Shabu en Sumo. Wat mij betreft zijn het vreetschuren waar je jezelf volgens het “all you can eat” principe, helemaal rond kunt eten. Japans eten is de afgelopen jaren in Nederland opgerukt. Waar het vroeger elitevoedsel was en voor menigeen niet te betalen, gaan nu hele families naar de fast-food-Japanner. De rauwe vis is van afgelopen zaterdag want toen was er markt, sommige sushi-roll’s zijn vernederlandst met klodders mayonaise en de tempura lijkt meer op een appelflap die ik met oud en nieuw naar binnen werk, baggervet! Niet omdat ik nu ineens in Japan ben, ik was er echt al klaar mee. Benieuwd dus hoe het in het echt is… Ik weet niet of iedereen deze bevestiging nodig heeft voor een kleine €900,- per vliegticket, maar ik vind het de moeite waard. Ik weet nu wat echt Japans eten is, it’s amazing and bizar!
De kraakversheid van de rauwe vis die over je tong je keelgat in verdwijnt is direct duidelijk. Het is mooi glanzend vlees dat stevig voelt en zacht smaakt. Met verse wasabi in plaats van aangelengd poeder bij onze Mc Shabu en heerlijke sojasaus in plaats van die zoute motorolie bij ons waar je je het ongans van gaat drinken. Tempura wordt hier gefrituurd met heel weinig beslag waar een subtiel smaakje aan zit zodat je goed kunt proeven waar echt om gaat, de binnenkant. Daarnaast kun je ook zien wát je gefrituurd naar binnen werkt, het is herkenbaar en niet alles lijkt op een misvormde oliebol of een afgekeurde van Dobbe kroket. Een belediging voor onze kroket trouwens, sorry. Overigens frituren ze hier van alles, wat wij afdoen als onkruid, voorzien zij van een smalijk dipje en een paar seconden hete olie, jonge scheuten van een bosvaren bijvoorbeeld, of kersenbloesem, lekker joh…
Restaurants in Japan zijn grofweg in twee categorieën te verdelen: die met vitrines met plastic voorbeeldmenu’s en de tentjes waar je geen idee hebt wat je krijgt, want je kunt het niet lezen. Engels proberen ze allemaal te spreken, maar je verstaat er hooguit één op de honderd. Maar met handen en voeten en niet te kieskeurig, kom je een eind en uiteindelijk komt het altijd goed. Je krijgt hooguit iets wat je niet had bedacht.
Maar in de Ryokans, een soort uit de hand gelopen B&B’s waar de gasten ook badderen en ’s avonds in badjassen aan de dis zitten, krijg je de kunstwerken voorgeschoteld. Sushi zo mooi dat je je bijna schuldig voelt dat je het in je mond stopt, sashimi zo vers dat je denkt dat het plakje tonijn alsnog van je bord springt op zoek naar zeewater. Maar ze hebben ook hele rare dingen, wespenlarven bijvoorbeeld, vandaag gegeten, of rauw paardenvlees, gisteren gehad. Ook heb ik mezelf al menigmaal vergist. Iets wat leek op witten bonen, bleek, zodra ik het met mijn stokjes uit het bakje toverde, gepaard te gaan met met allerlei draden, ondefinieerbaar, niet te nassen. Wanneer ik even later aan Hatori Hanzo vraag wat het is, krijg ik een onverstaanbare uitleg en knik ik beleefd terug, “hai, hai, arigato”…. geen idee. Dat gebeurt vaker, je denkt dat iets iets is, maar tadáá, verrassing, het is iets anders. Zo had ik ook al een keer een koekje, dacht ik tenminste, bleek een soort kwalachtige blubber in te zitten en het smaakte naar van alles behalve naar koek, blèh. Of een soort stokbrood, wat aan de buitenkant voorzien is van geblakerde rietsuiker en van binnen zout beschuit blijkt, ráár!
En dan het ontbijt. Zoals je zult raden, anders dan dan wij gewend zijn. In andere delen van Azië is het ook wel gebruikelijk om ’s morgens rijst of nasi te nemen, maar vaak is er dan ook nog wel iets westers. Hier niet, rijst, vis, misosoep en weer onherkenbare dingen met onherkenbare smaken is wat de klok slaat, het lijkt wel diner. Het enige wat ik eraan herken is dat het niets met ontbijt te maken heeft. Ik eet het wel, maar na een paar dagen komt dit rond acht uur ’s morgens goed mijn neus uit. Vooral die misosoep, overigens ook een woord dat je heel smerig en steeds teleurgestelder gaat uitspreken, probeer maar, je hebt er accuut geen trek meer in. Het komt in allerlei verschillende varianten en allemaal erg sterk van smaak. De één met zeewiervellen, de ander met zeewierdraden, een soort haar, of met paddestoelen en tofu…. enzovoort. Ik ben al helemaal geen ontbijter, maar na een paar dagen volhouden is het voor mij toch een brug te ver, zeker wanneer ik net mijn tanden gepoetst heb en nog geen espresso achter de kiezen heb.
De rituelen en gebruiken zijn ook even wennen, ik ken ze lang niet allemaal en sommige vind ik wel wat gedoe, maar een paar kan ik er wel waarderen. Voor elkaar een glas drinken inschenken, maar nooit voor jezelf bijvoorbeeld, je eten niet doorboren met stokjes, je noedels en soep mag je lekker slurpen en de rijst die je opschept, eet je allemaal op.
Al met al een heel afwijkende en gevarieerde keuken met vooral veel onbekende smaken en gebruiken, maar duidelijk is dat alles vers is en met veel zorg wordt bereid, ze zijn kien op hun voedsel!
Btw; Shabu-Shabu betekent éénpansgerecht, meestal verse groente en wat vlees gekookt in heerlijke bouillon.
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Stelen als de raven
Ik stond op Schiphol in de rij om te boarden toen hij belde. “Hoi, met je vader, had jij gebeld?” Kalmpjes stel ik hem gerust en zeg dat ik niet gebeld had. Vaak denkt hij dat omdat hij op zijn mobiel een oproep mist of een sms van Vodafone krijgt ofzo. Hij kan zelf bellen met zijn mobiel en een gesprek aannemen wanneer hij dat tenminste hoort, maar daar houdt het ook op, van het telefoonmenu snapt hij niets. Om uit te sluiten dat er iets met mijn ma of met ons aan de hand is, belt hij mij, gebeurt een paar keer per week. Toen hij hoorde dat ik niet gebeld had, was alles weer totaal ok, hij schakelt moeiteloos over op alledaagse dingen op zijn volkstuin en vertelt drie keer dat hij aankomende dinsdag niet gaat kaarten. Vóór mij gebaart een KLM-dame dat ze mij paspoort wil zien.. Ook raadt hij mij enkele keren aan om geld en paspoort te allen tijde op de man te dragen, het liefst op de borst want stelen kunnen ze, die Japanners.. Ik stel hem gerust en zeg dat ik zijn raad zal opvolgen. Tien minuten later, wanneer ik net op stoel 32A ben geploft, belt hij weer. Wat hij nog wilde zeggen; dat ik mijn geld en paspoort op mijn lijf moet dragen, want die jappen jatten alles. Weer stel ik hem gerust en zeg hem dat hij ma straks een kus van ons moet geven… “DAT JE MA STRAKS EEN KUS MOET GEVEN!!! Hij is doof en dan wordt telefoneren al gauw gênant in een vol vliegtuig. Wanneer hij ook het verhaal van de volkstuin dreigt te gaan herhalen, rond ik het gesprek rustig maar resoluut af en zeg hem dat ik moet ophangen want anders krijg ik gedoe met de piloot die ongeveer startklaar is. Deze maat van importantie begrijpt hij en dat werkt goed, “goede reis en pas goed op elkaar daar” en hij hangt op. Mijn moeder heeft Alzheimer en wordt sinds kort verzorgd in een verpleegtehuis, mijn vader noemen we nog vergeetachtig en woont thuis.
Enige weken geleden viel het besluit dat thuis wonen voor ma eigenlijk niet langer kon. Mijn pa kon de verzorging niet meer bolwerken en voor mij werd het ondoenlijk om meerdere malen per week op en neer te scheuren naar Rotterdam en daarnaast een fulltime job te hebben. Andere familie woont nog verder weg en kennissen in de buurt zijn er niet. Ze zijn ook al stokoud, hij 90 en zij 84, dus de meeste vrienden en kennissen zijn al niet meer onder ons. Het was een triest besluit, ratio en gevoel stonden haaks op elkaar. Logisch nadenkend is het het beste, maar gevoelsmatig klopt het van geen kant; vorig jaar nog een brief van de koning omdat ze zestig jaar getrouwd waren en nu uit elkaar. Na ruim zestig jaar lief en leed te hebben gedeeld, ga je niet ineens apart wonen, dat gaat er niet in, punt. Over verdere details zal ik mij niet teveel uitweiden, het was niet tof. Maar bijkomstig nadeel; het was ongeveer drie weken voordat we op vakantie zouden gaan naar Japan. Nota bene naar Japan, het land van de vijand…
Mijn pa heeft na WOII verplicht drieënhalf jaar moeten dienen in Nederlands-Indië en heeft de Japanse bezetter daar nog meegemaakt. Mijn hele leven heb ik hem nog nooit iets goeds over de sushi-eters horen vertellen. Misselijke lui, niet vertrouwen, sadisten, etc… Toen ik ooit, zonder daarbij na te denken, een tweedehands Nissan kocht, deed hij dat af als Japanse troep, daar komt nog geen goeie hond vandaan, Japanse tv’s kwamen er niet in, und so weiter.
Dus in de hectische en emotionele fase van de afgelopen maanden, besloot ik de reis naar het land van de rijzende zon zo lang mogelijk achterwege te laten, vooral om niet onnodig een rode lap voor een Stier te creëren. Daarnaast zijn vooruitzichten in de tijd voor dementerende en vergeetachtige mensen een moeilijk ding, ze vergeten continue wanneer je gaat, hoelang je wegblijft en wanneer je terug komt, tijdbesef is lastig en levert stress op. Twee weken voor ons vertrek drop ik de boodschap… “Leuk” zegt hij, “aardige mensen daar en zo mooi!” Mijn mond valt open van verbazing, niet de verwachte hoon en zouden jullie dat nou wel doen…nee hij vindt het leuk…ik sta paf. In de weken erna gaat het er elke dag over, wanneer gaan jullie nou naar Japan? En wanneer zijn jullie weer terug? Lekker gaan hoor, wij redden ons hier wel…komt best goed.
Tot het moment op Schiphol dus wanneer hij écht door lijkt hebben waar we naartoe gaan, hij klinkt bezorgt. Dus éénmaal aangekomen bel ik hem weer op om te zeggen dat we een prima reis gehad hebben en heel vriendelijk ontvangen zijn, het is hier schoon en het voelt heel veilig. Hij is blij dat ik bel en is opgelucht om te horen dat het goed gaat. Dat we toch maar moeten oppassen, want ze stelen als de raven…
Ik vind het zo jammer dat ik hem niet meer kan uitleggen dat de Japanners echt een voorbeeldig volk zijn, zo hoffelijk, zo netjes, zo vol van vertrouwen… Ik zeg hem dat we zijn advies zullen opvolgen en dat hij ma straks een kus moet geven. “Dat zal ik doen”, zegt hij “en we bellen maar één keer in de week, veel te duur anders…
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Een hele Heisha
Vandaag een culturele dag in Kyōto, een kasteel, twee tempels, een markt en aan het eind van de dag het Geisha-district. Onze touroperator heeft een uitgebreid plan samengesteld en dat blijkt tot nu toe akelig goed te kloppen, dus we lezen 's morgens tijdens het ontbijt aandachtig de beschrijvingen. Kyōto is een grote stad en een goede planning is het halve werk. Nauwkeurige aanwijzingen leiden tot weinig zoeken en dus optimaal tijdgebruik, neem buslijn zus en zo, zorg dat je zo en zo laat daar en daar bent, enzovoort, stuk voor stuk perfecte tips. Tijdens het inlezen krijg ik direct het gevoel van druk, een militaire planning om maar zoveel mogelijk te kunnen zien met een uitleg van hier tot Tokyo (wat op dit moment niet zo ver is...). Wat ons betreft niet de bedoeling, dus direct één en ander gesneden in deze precisieoperatie, een tempeltje minder kan geen kwaad, we zijn toch niet van die tempel-fetisjisten. Waarschijnlijk ook highly touristic, dus ramdruk... Maar ik hoor Hen nog zeggen; "die Geisha's wil ik wel écht zien!" De aanwijzingen om deze dames te spotten liegen er niet om, zorg dat je tussen 17.45-18.00 uur op locatie "x" in de wijk Gion bent... daar kun je, als je geluk hebt, een Geisha in real life in het witte gezicht kijken. Volgens de aanwijzingen is het geen probleem om ze te fotograferen, maar in de weg lopen is uit den boze, ze zijn immers aan't werk en op weg naar hun volgende afspraak, dus vrij baan is een must. Na een vermoeiende tempel-in-tempel-uit-slenter-je-suf-dag, komen wij op de aangeraden tijd op de aangeraden spot in het Gion-kwartier. Er zijn er meer die deze tip gekregen hebben, niet dat het zwart ziet van de mensen, maar het voelt toch een beetje als aapjes kijken.. We zien meerdere prachtige Japanse meiden in net zo prachtige kimono's die gewillig poseren voor een foto, maar geen witte gezichten, de professionele Geisha laat zich niet zien. Tot het moment dat Hen even wegloopt om een sigaretje te roken en ik alleen achterblijf op een bruggetje. Uit het niets komt ze als de Japanse Arjen Robben aangedribbeld. Voordat ik het goed en wel in de gaten heb is ze voorbij, foto maken is kansloos en naar mijn lief schreeuwen die 50 meter verder staat is er niet bij natuurlijk...kans verkeken. Wanneer ik drie minuten later rapport uitbreng, is Hen heftig teleurgesteld, wat een pech, want eerlijk is eerlijk, ze was wel een verschijning. Het wordt donker in het Gion-kwartier en het koelt snel af wanneer we een Ierse pub vinden en een biertje drinken...wéér loopt er een Geisha voorbij, Hen zit met haar rug naar het raam en mist opnieuw haar kans. Nog snel naar de uitgang, maar de sprintster is al ruim gepasseerd. Het bier is op en we pakken doodmoe een taxi naar het hotel, we eten wat in de buurt en rond tien uur druipen we af. "Zullen we nog één drankje in de skylounge doen, of gaan we direct pitten?" Het bar-restaurant op de 15e etage van ons hotel waar we gisteren gegeten hebben, was een relaxte plek en vooruit; het is vakantie... Eénmaal binnen worden we discreet naar een tafeltje geloodst met uitzicht op de stad. Nog voordat we zitten heb ik haar gespot, een Geisha, wát.. wel twee, wát .. wel drie en ze zitten gewoon aan een glaasje Chardonnay! Hen is in extase, wat een mazzel. Na tien minuten zeg ik tegen haar; "Hen, kijken is prima, staren iets minder". Gedecideerd zitten de dames tussen een waarschijnlijk zeer welgestelde familie aan een lange tafel, foto's maken is er niet bij, maar we zien ruim een uur drie cultuur-iconen aan het werk. Ze zijn werkelijk prachtig, bewegende schilderijen waar we helemaal niets van begrijpen. Mijn tip aan de touroperator is wel helder... De skylounge is the place to be!
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Onsen
Spreek uit; on-sèn
We zijn in Beppu en in Beppu rookt het overal. Uit roosters op straat komt stoom, in tuinen staan grote pijpen waar stoom uitkomt en in sommige restaurants kun je gekocht eten of dat wat je zelf meebrengt garen met stoom uit de grond. Stoom dus, niet te verwarren met stook, want in Beppu wordt nauwelijks gestookt. Het oord is gebouwd op grond waaronder thermische activiteit plaatsvindt en daar wordt maximaal gebruik van gemaakt. Het garen van eten is bijzaak want waar het écht om gaat zijn de thermische baden, de onsen. De Japanners zijn er dol op, overal zie je ze ’s avonds in badjassen lopen, op straat, bij het diner…. lekker plonsen in de onsen.. van het ene hete bad in het andere. Schijnt ook goed voor je te zijn want de verschillende mineralen en zouten in het water hebben een helende en zuiverende werking. Maar het is vooral warm, erg warm…je kunt er nét in en na een paar minuten heb je een hoofd als een tomaat. In de openbare onsen waar ik gisteren was heb ik beleefd een Japanse collega poedelaar laten voorgaan. Eerst om te zien wat de mannenafdeling was zodat ik me niet ineens tussen naakte gillende Japanse dames begaf, maar vooral ook om het ritueel af te kijken, want daar had ik iets over gelezen. Eerst wassen, dan pas in het schone water, op zich best logisch. Maar zoals ik al vermoedde was er meer tussen hemel en aarde. Eerst, zittend op een krukje van twintig cm hoog, jezelf goed afspoelen. Met de douche die er hangt en met een bakje, een soort mandibakje zoals ze dat in Indonesië kennen. Dit is niet even van hup, hup nat worden achter je oren en direct een duik om baantjes te trekken, nee grondig! Met het bijgeleverde handdoekje, waarvan ik eerst dacht dat het alleen gebruikt werd om je hoofd mee te koelen tijdens het badderen, worden alle hoekjes van het lijf afgenomen en er wordt goed gespoeld. Handdoekje goed uitspoelen en dompelen in koud water. Dan in bad, 59,6 graden heet water stroomt er langzaam maar gestaag in. Gelukkig doen ze er ook wat koud bij, maar believe me, het is warm. Na 10 minuutjes er weer uit en terug naar de douche. Nu begint het échte wassen, na even lekker te zijn geweekt, komt er nu doucheschuim aan te pas. De Japanner dapper volgend, heb ik me nog nooit zó lang geboend, weer met het handdoekje. Met uiterste precisie wordt elk naadje en gaatje geschrobd. Goed afspoelen en dan weer in de pool, een andere dan de eerste keer, nóg heter! Na een paar minuten zitten we samen op een randje, het handdoekje dompelend in koud water om jezelf mee af te koelen. Na de koeling wordt er goed gedoucht, pff….om dan eindelijk klaar te zijn. Het is een hele tour, maar eerlijk is eerlijk, je voelt je daarna schoon als nooit tevoren.
0 notes
elwinko68 · 9 years
Text
Toiletwetenschap
Gemiddeld zitten we ongeveer 50 minuten per week op het toilet, dat is zo'n 43 uur per jaar. In ons leven brengen we gemiddeld 1 tot 3 jaar op het toilet door (verzin ik niet zelf, opgezocht op internet). Ooit heeft iemand in het land van de rijzende zon dit ook eens uitgerekend en dacht “dan mag het ook wel een beetje leuk zijn”. Maar wanneer je ergens een wetenschap van maakt, loop je kans dat je doordraaft en er blijken vergaande consequenties aan verbonden…
In Japan heb ik tot nu toe nog geen tochtige, vieze wc’s gezien. Geen koude brillen die half nat gepist zijn en nergens was het papier op. Die tijd zijn ze in Japan al lang voorbij. Een grote beurt alhier gaat gepaard met ongekend plezier en genot. Fancy hi-tech toiletten hebben ze, nog voor je gaat zitten worden je ogen naar het vaak enorme controlepaneel aan de zijkant getrokken. Eenmaal plaatsgenomen vergeet je bijna waarvoor je kwam. Er hangt vaak ook een gebruiksaanwijzing bij want poepen in Japan doe je niet zomaar. Eerst studeren, daarna pas genieten, het lijkt wel of je een nieuwe auto hebt waarvan je nog niet alle knopjes goed door hebt. En in het begin ga je toch net even wat onzekerder rijden, met kakken idem dito. Maar heb je het eenmaal door dan wordt het fun, nog voor je begonnen bent… De bril is warm, als een vriend omsluit hij je billen, alsof hij wil zeggen; “kom maar jongen, hier is het veilig”. Hierna start het “kabbelend beekje-geluid” zodat je plasdrang wordt aangewakkerd of een ander niet hoort dat jij de brandweer nadoet. Ook gaat de geurafzuiging aan om de odeur zoveel mogelijk in de hand te houden. Na de krachtsinspanning, die ineens veel minder lijkt, vervolgt het circus zich. De anaal-douche wordt bediend door mijn rechterhand. Van achter naar voor, harder in het begin en zachter aan het eind, misschien even pulseren zelfs, fantastisch! Maar net als met de nieuwe auto ga je in’t begin natuurlijk ook wel eens de mist in, je denkt even groot licht te gebruiken, maar pardoes sproei je de voorruit nat. De bidet-stand.. Die is alleen voor dames. De sproeikop komt iets verder naar voren en spuit je balzak nat..even schrikken, net als met die sproeier op je voorruit, niet verwacht, toch gekregen en van schrik moet je lachen. Hierna begint het föhnen, niet om je konthaar in model te krijgen, maar om het frisse centrum lekker droog te blazen. Bij sommige modellen doe je daarna gewoon de klep dicht en genadeloos maakt onze anaal-robot korte metten met je restproduct.
Wat mij betreft ligt er nog een hele markt open, op de wc van de toekomst kun je voortaan alle kanten op.
Wetenschappelijk gezien leidt het waarschijnlijk wel tot een afname van het papiergebruik en toename van de hygiene (wanneer je voortaan vóóraf je handen wast tenminste), maar poepen wordt vooral een stuk leuker!
3 notes · View notes
elwinko68 · 9 years
Text
Wie het laatst buigt, buigt het langst
We staan op Schiphol in de lange rij voor de paspoortcontrole wanneer naast mij een kleine, vriendelijk knikkende en buigende man opduikt die mij met gebaren duidelijk maakt dat hij "naar de overkant" wil, daar staan zijn buddy's... Ik laat een gaatje vallen, hij kruist beleefd buigend. Verlegen lachend en zijn ene hand meerdere malen omhoog brengend betuigt hij zijn onmetelijke dank. Ik knik en lach vriendelijk terug, you're welcome dude. Zit straks vast achter ons in het vliegtuig. Na ruim tien uur boren komen we aan in Japan, na wat formaliteiten staan we een uurtje later voor de ticketmachine van de metro. Alles is nog even vreemd en omdat ik gaar ben van de vlucht, besluit ik niet lang te zoeken en vraag een lieftallige Japanse metro-chick om hulp. Ook hier weer knikken en handgebaren, zij snelt mij vooruit, wenkend dat ik moet volgen naar de kaartautomaat. In no time is het duidelijk, je drukt hier en hier en hier en je hebt een kaartje.... een kind kan de was doen. Ze pakt het kaartje uit het uitspuugbakje en reikt het mij al buigend met twee handen aan. Als ik haar probeer te bedanken, krijg ik sterk de indruk dat dat niet lukt, zij lijkt mij meer te bedanken dan ik haar. Knikkend, buigend en lachend Japanse woordjes zeggend maakt zij haar service af. Ik knik terug en weet er niet veel meer uit te krijgen dan enkele "tenk-yoes" bij wijze van dank. Ze begrijpt mij, stapt naar achteren en wijst nog even welke kant we op moeten... het ritueel is afgelopen. Dan de aankomst in het hotel, een knap hotel met enorme lobby. Op het moment dat wij door de schuifdeur binnenkomen komt er direct een hotelbediende werkelijk aan-ge-rend. Tijdens deze aanstorming buigt hij aan één ruk door, buigen, rennen, verlegen lachen en beide handen licht vooruit gestoken....bij wijze van hartelijk ontvangst. Heb geen idee waarom, maar ik begin accuut terug te buigen, het gaat eigenlijk vanzelf. Alsof zoveel vriendelijkheid en hoffelijkheid niet onbeantwoord mag blijven, je zou hem bij wijze van spreken zo kunnen omhelzen. Schuin voor ons uit dribbelend maakt hij handgebaren als ware er een rode loper richting de enorme incheckbalie. We worden tot aan de balie begeleid en overgedragen aan de baliebeambte. Afscheid van de piccolo, je raad het al, gaat buigend. Ook hij treedt langzaam naar achteren en gebaart nog één keer naar de baliemedewerker als teken van afscheid. De baliemedewerker gaat staan en buigt, heet ons welkom en legt zaken uit over kamer, ontbijt etc. Na te zijn ingecheckt volgen de afscheidsbuigingen en worden we overgedragen aan de bellboy zoals ze dat hier noemen, een lief dametje van twee turven hoog en weggelopen uit een mangastrip. Zij heeft inmiddels onze tassen geruisloos op een hotelkarretje gelegd en gaat ons knikkend en buigend voor naar de lift. Constant gebaren die "after you" duidelijk maken, komen we op de negende verdieping bij onze kamer. Ze legt de tassen binnen en zegt in onverstaanbaar Engels iets over het licht en de keycard. Tenk-you, tenk-you.... Achteruit verlaat ze de kamer, ons stomverbaasd achterlatend....welkom in Japan.
1 note · View note